Als Uber nu aan de taxi-cao moet voldoen en al zijn chauffeurs in dienst moet nemen, is het bedrijf miljoenen euro's kwijt terwijl het een hoger beroep nog kan winnen. Dat was het verweer van het Amerikaanse bedrijf in een zaak bij het gerechtshof in Amsterdam tegen FNV waarbij de gemoederen soms hoog opliepen. De vakbond eist dat Uber dat eerdere vonnis nakomt en al zijn chauffeurs in dienst neemt.
Het naleven van de cao is volgens Uber te moeilijk en eigenlijk ook niet wat de rechter eerder oplegde. De "juridisch verstaander" kon volgens de advocaat van de taxi-app zien dat de rechtbank in september een "principevonnis" oplegde, maar ook dat Uber dat niet hoefde na te leven tot enkele specifieke zaken waren opgelost. Bovendien moet Uber veel geld uittrekken voor auto's, boordcomputers, belastingen en pensioenen, die nauwelijks meer terug te halen zijn als het bedrijf zijn hoger beroep wint.
Daartegen stelde FNV dat Uber er alles aan doet om niet aan de cao te voldoen. De vakbond "verwacht dat een beursgenoteerd bedrijf gewoon een uitspraak van een rechter nakomt". Ook wijst FNV erop dat Uber in andere landen ondanks veroordelingen keer op keer zich daar niet aan houdt. "Ze hebben honderden miljoenen euro's in kas voor rechtszaken en schikkingen. Dat gedrag hoort bij hun bedrijfsmodel." Volgens de bond moet Uber zijn model aanpassen zolang de Nederlandse wet is zoals die is.
De zaak is een zijstap, een zogeheten incident, bij het hoger beroep tegen het vonnis van september. Dat het onderwerp veel emoties oproept, bleek toen de rechters chauffeurs aan het woord lieten die zowel zzp'er willen blijven als in dienst willen komen. Daarbij dreigde een grote discussie in de rechtszaal te ontstaan.
Die laaide bijna nogmaals op toen een aantal chauffeurs, die graag zelfstandige zijn en zich als partij in de zaak hebben gevoegd, nog hun zegje mochten doen. Zij beschuldigen FNV van een hetze tegen zelfstandige chauffeurs en menen dat hun rechten met voeten worden getreden. De vakbond kenschetste deze groep chauffeurs juist als "werktuigen van Uber" omdat het bedrijf hen financieel bijstaat en een woordvoerder voor ze inhuurt.
Het hoger beroep over de vraag of Uber zijn chauffeurs daadwerkelijk te veel aanstuurt om hen als zelfstandigen te kunnen beschouwen dient vanaf deze zomer. In de tussentijd doet het gerechtshof uitspraak in deze zijstap. De rechters streven naar een uitspraak begin augustus.