Het is moreel verwerpelijk dat bepaalde oud-medewerkers van Klachteninstituut Financiële Dienstverlening (Kifid) direct bij financiële dienstverleners als ABN AMRO aan de slag kunnen. Het wekt de schijn van belangenverstrengeling, vindt Stichting Geldbelangen, die consumenten bijstaat in claims tegen de bank bij het Kifid.
Vorig jaar gingen twee secretarissen van het Kifid aan het werk bij ABN AMRO. "Een Kifid-secretaris is bij klachtzaken de spin in het web", zegt voorzitter Rob Goedhart van Stichting Geldbelangen. "Hij of zij is de enige die de communicatie kan zien tussen het Kifid en financieel dienstverlener en tussen het Kifid en consument. Naar verluidt zijn secretarissen ook belangrijk bij het schrijven van de uitspraken."
Eerder leed ABN AMRO een nederlaag bij het klachteninstituut in een zaak over woekerrentes op kredieten. Volgens Stichting Geldbelangen gebruiken de ex-medewerkers van Kifid hun opgedane kennis nu tegen consumenten. Een recent verweer van ABN AMRO bij het Kifid zou zijn opgesteld door een voormalig secretaris.
Een woordvoerder van ABN AMRO laat weten dat het een gangbare zaak is dat er mensen voor de bank werken die in dienst zijn geweest bij toezichthouders en ministeries. "Het belangrijkste is dat ze niet aan dezelfde zaken werken als waar ze aan werkten toen ze secretaris waren bij Kifid", aldus de zegsman. Van de kennis van de ex-medewerkers van het Kifid op het gebied van variabele rentes wordt wel gebruikgemaakt.
Stichting Geldbelangen pleit ervoor dat secretarissen niet direct in dienst mogen treden van een financieel dienstverlener. Zo'n regeling geldt al wel voor leden van de Commissies van het Kifid. In een brief aan het klachteninstituut en aan met ministerie van Financiën vraagt zij aandacht voor de kwestie.
Het Kifid hanteert zelf al een 'afkoelingsperiode' van minimaal een jaar, waarin geldt dat een secretaris die bij een financieel dienstverlener heeft gewerkt geen klachten behandelt tegen de voormalig werkgever. Die regel kan niet worden opgelegd aan banken. "We zullen in het najaarsoverleg met financiële brancheorganisaties hiervoor wel aandacht vragen, opdat financiële dienstverleners zo nodig hun eigen morele kompas kunnen bijstellen", zegt een woordvoerster.