Londen en Brussel hebben meer tijd nodig om een oplossing te vinden voor de handelsproblemen in Noord-Ierland. Eurocommissaris Maroš Šefčovič en de Britse minister Liz Truss (Buitenlandse Zaken) zijn echter "vastbesloten" om de situatie die daar na de brexit is ontstaan op een bevredigende manier op te lossen voor de inwoners, bedrijven en de stabiliteit in Noord-Ierland, zeggen ze in een gezamenlijke verklaring.
Truss was in Brussel voor gesprekken over de afhandeling van de brexit met Šefčovič. Sinds zij het stokje overnam van brexitminister David Frost in december lijkt de sfeer te zijn verbeterd. Frost dreigde meermaals met het activeren van het zogeheten artikel 16 waarmee een van beide partijen eenzijdig maatregelen kan nemen als er ernstige maatschappelijke of economische problemen ontstaan door de gemaakte afspraken. Truss zei na afloop van haar onderhoud met Šefčovič dat zij de situatie met "constructieve onderhandelingen" wil verbeteren. Šefčovič sprak van een "positieve" relatie tussen de twee hoofdonderhandelaars.
Na het vertrek van de Britten uit de Europese Unie werd afgesproken dat Noord-Ierland deel zou blijven uitmaken van de Europese interne markt, ondanks dat Noord-Ierland onderdeel is van het Verenigd Koninkrijk. Anders zouden er opnieuw douanecontroles aan de grens met de republiek Ierland moeten komen. Een harde grens zou tegen het vredesakkoord indruisen dat de Britse en Ierse regeringen in 1998 sloten en een einde maakte aan het gewelddadige conflict tussen pro-Britse protestanten en pro-Ierse katholieken.
Daarom vinden de douanecontroles van goederen die van Groot-Brittannië naar Noord-Ierland gaan nu plaats in de lucht- en zeehavens van Noord-Ierland. Volgens de Britse regering blijken de afspraken onwerkbaar. Šefčovič erkent dat de handel simpeler moet en heeft namens de EU ook handreikingen gedaan, maar die hebben nog niet tot een oplossing geleid.