Het 'bidbook' waarmee Nederland was- en levensmiddelenconcern Unilever wilde overhalen om volledig Nederlands te worden, hoeft niet volledig in de openbaarheid te komen. Dat heeft de Raad van State geoordeeld in een procedure die was aangespannen door een journalist van NRC Handelsblad.
De redacteur eiste dat het kabinet inzage zou geven, maar het ministerie van Economische Zaken weigerde dat. Na een gang langs de rechtszalen vroeg de Raad van State in 2020 of het ministerie zijn keuze wat meer wilde motiveren. Dat is later alsnog gebeurd.
In de uiteindelijke beoordeling van de kwestie verwijst de hoogste rechter naar een wetsartikel dat bepaalt dat de overheid het verstrekken van informatie mag weigeren als economische of financiële belangen van de Staat anders in het geding kunnen komen. Van die situatie is hier sprake, staat in de uitspraak.
Het ministerie heeft aangevoerd dat vertrouwelijkheid bij dit soort promotiewerk van Nederland als vestigingsland erg belangrijk is. Als bepaalde informatie openbaar zou worden dan zou het in de toekomst lastiger kunnen worden om nieuwe bedrijven aan Nederland te binden.
Unilever was jarenlang zowel Brits als Nederlands, maar besloot die structuur te versimpelen door in één van die landen zijn hoofdkwartier te houden. Eerst leek de keuze na veel gelobby uit Den Haag op Nederland te vallen, maar in 2018 zag Unilever daar vanaf. Daarbij speelde mee dat de afschaffing van de dividendbelasting in Nederland na felle kritiek niet doorging. Later besloot Unilever om op papier volledig Brits te worden.