De Amerikaanse aandelenbeurzen zijn donderdag met verliezen de handel uitgegaan. Het nieuwe coronavirus drukte opnieuw op het marktsentiment. Beleggers zetten voornamelijk techbedrijven wat lager, nadat het dodental en het aantal virusbesmettingen volgens de laatste cijfers van de Wereldgezondheidsorganisatie verder bleek opgelopen.
De Dow-Jonesindex eindigde 0,4 procent in de min op 29.219,98 punten. De breed samengestelde S&P 500 zakte ook 0,4 procent, tot 3373,23 punten, en technologiebeurs Nasdaq leverde 0,7 procent in op 9750,97 punten. Woensdag eindigden de graadmeters nog met records.
Wat betreft het coronavirus was de blik onder meer gericht op cruisereizen. Norwegian Cruise Line Holdings, dat op Wall Street bijna 7 procent inleverde, heeft Aziatische cruises tot het einde van het derde kwartaal opgeschort of gewijzigd. Daarnaast waarschuwde het bedrijf voor een negatieve impact van het coronavirus op het nettoresultaat. Verzorgings- en schoonmaakmiddelenproducent Procter & Gamble (P&G) waarschuwde ook voor impact van de virusuitbraak. Toch ging het aandeel 0,9 procent omhoog.
Verder waren er nog zwaar tegenvallende jaarcijfers van mediaconcern ViacomCBS. Beleggers zetten het bedrijf op de beurs bijna 18 procent procent lager.
Aan het overnamefront kocht zakenbank Morgan Stanley onlinebroker E*Trade Financial voor 13 miljard dollar om zo zijn diensten rond vermogensbeheer te versterken. Het aandeel Morgan Stanley zakte een kleine 5 procent.
Bij de bedrijven was er ook veel aandacht voor lingeriemerk Victoria's Secret. Investeerder Sycamore neemt een meerderheidsbelang van 55 procent in het lingeriemodehuis, bekend van zijn modeshows met topmodellen. De resterende aandelen blijven in handen van moederbedrijf L Brands, dat bijna 5 procent verloor. Victoria's Secret wordt de laatste tijd beschuldigd van een vrouwonvriendelijke houding.
De euro was 1,0788 dollar waard, tegen 1,0793 dollar bij het slot van de Europese beurzen eerder op de dag. Een vat Amerikaanse olie werd 0,9 procent duurder op 53,78 dollar. Brentolie kostte 0,2 procent meer op 59,26 dollar per vat.