De aandelenbeurzen in New York zijn vrijdag na een hoger begin alsnog met verliezen de handel uit gegaan. Beleggers reageerden in eerste instantie positief op het banenrapport van de Amerikaanse overheid. Het sentiment sloeg gedurende de sessie om, ook vanwege zorgen over de energiemarkt in Europa. Een belangrijke gaspijpleiding tussen Rusland en Duitsland blijft na onderhoud langer dan gepland dicht. Volgens het Russische Gazprom vanwege een technisch defect. In Europa werd deze boodschap met scepsis ontvangen.
De leidende Dow-Jonesindex ging met een verlies van 1,1 procent het weekend in op 31.318,44 punten. De brede S&P 500 verloor ook 1,1 procent op 3924,26 punten en techgraadmeter Nasdaq verloor 1,3 procent tot 11.630,86 punten. Het betekende de derde verliesweek van de leidende graadmeters in New York op rij.
De banenaanwas in de VS in augustus was minder dan een maand eerder, maar evengoed beter dan verwacht. Het banencijfer speelt een belangrijke rol in het rentebeleid van de Amerikaanse centralebankenkoepel Federal Reserve. Omdat de werkloosheid opliep zou de Fed kunnen beslissen de rente minder agressief te verhogen, zo was de gedachte. Eerder had de Fed al aangegeven dat het beteugelen van de inflatie huishoudens en bedrijven hoe dan ook pijn zal doen.
Bij de bedrijven op Wall Street beleefde de producent van sportkleding Lululemon Athletica een koerssprong van bijna 7 procent dankzij goed ontvangen kwartaalcijfers en vooruitzichten. Branchegenoten Nike en Under Armour wisten in eerste instantie mee te liften maar sloten uiteindelijk lager. Starbucks verloor krap 3 procent. De vertrekkende topman Laxman Narasimhan van het Britse Reckitt Benckiser gaat leiding geven aan de keten van koffiezaken.
Chipconcern Nvidia daalde 2,1 procent na een adviesverlaging van effectenhuis Daiwa. Chipconcern Broadcom opende de boeken en dat werd beloond met een winst van 1,7 procent.
De oliefondsen werden geholpen door de stijgende olieprijzen. Zo gingen ExxonMobil, Chevron, ConocoPhillips, Marathon Oil en Occidental Petroleum tot 3,2 procent vooruit. De prijs van een vat Amerikaanse olie werd 0,5 procent duurder op 87,00 dollar en Brentolie steeg 0,8 procent tot 93,14 dollar per vat. Donderdag gingen de olieprijzen nog fors omlaag vanwege zorgen over een zwakkere vraag door een recessie. De euro was 0,9954 dollar waard.