De aandelenbeurzen in New York zijn donderdag met verliezen geopend. Net als in Azië en Europa zijn beleggers in New York gespitst op de verdere ontwikkelingen rond het coronavirus dat zich steeds verder verspreidt. Daarnaast gaat de aandacht uit naar een reeks bedrijfsresultaten en het rentebesluit van de Europese Centrale Bank (ECB). De ECB hield de renteniveaus onveranderd zoals verwacht.
De Dow-Jonesindex stond kort na de openingsbel 0,7 procent lager op 28.972 punten. De brede S&P 500 zakte 0,6 procent tot 3302 punten en technologiegraadmeter Nasdaq leverde 0,5 procent in tot 9339 punten.
De Chinese miljoenenstad Wuhan, waar de eerste coronabesmetting met het virus werd vastgesteld, heeft zijn luchthaven en treinstations gesloten. Ook de nabijgelegen stad Huanggang wordt door de autoriteiten geïsoleerd. In China staan honderden miljoenen mensen op het punt af te reizen om Chinees Nieuwjaar te vieren.
Verzorgings- en schoonmaakmiddelenproducent Procter & Gamble (P&G) maakte bekend dat de winst en omzet zijn gestegen in het afgelopen kwartaal en dat de prognoses voor het gehele lopende boekjaar worden verhoogd. De omzet viel evenwel lager uit dan verwacht en het aandeel ging in de eerste handelsminuten bijna 1 procent omlaag.
Chipconcern Texas Instruments verloor na het openen van de boeken ruim 2 procent. In het afgelopen kwartaal werd een lagere winst behaald en Texas Instruments wist ternauwernood aan de eigen prognoses te voldoen. De Amerikaanse luchtvaartsector staat eveneens in de schijnwerpers, met cijfers van Southwest Airlines en American Airlines. Zij leverden tot meer dan 4 procent in.