De aandelenbeurzen in New York zijn licht lager gesloten. Beleggers verwerkten een tegenvallend rapport over de banengroei in de Verenigde Staten. Tegelijkertijd bleven de rentes op Amerikaans schuldpapier oplopen, wat aandelen relatief minder aantrekkelijkere beleggingen maakt.
Volgens het ministerie van Arbeid nam de werkgelegenheid in september met 194.000 arbeidsplaatsen toe. Economen hadden gemiddeld op een groei van 500.000 nieuwe banen in 's werelds grootste economie gerekend. Het cijfer van augustus werd wel naar boven bijgesteld.
De Federal Reserve had eerder aangekondigd dit jaar te willen beginnen met de afbouw van zijn maandelijkse opkoopprogramma van obligaties, waarna de rentes op de obligatiemarkten begonnen te stijgen. Maar het tegenvallende bericht over het herstel op de arbeidsmarkt kan beleidsmakers van de Fed anders doen besluiten.
Beleggers leken vrijdag niet echt een idee te hebben wat het banenrapport betekent voor het monetaire beleid de komende maanden. De S&P 500 slingerde van winst naar verlies. Uiteindelijk eindigde de breed samengestelde index 0,2 procent lager op 4.391,34 punten. De Dow-Jonesindex verloor een fractie tot 34.746,25 punten en techgraadmeter Nasdaq zakte ruim 0,5 procent tot 14.579,54 punten.
Facebook meldde via Twitter dat een aantal gebruikers van zijn apps opnieuw last heeft van problemen met inloggen. Eerder deze week zorgde een grote storing bij het socialmediabedrijf ervoor dat Instagram, WhatsApp en Facebook urenlang onbereikbaar waren. Beleggers leken niet te schrikken van de nieuwe problemen en zetten het aandeel 0,3 procent hoger.
Biotechnoloog Allogene Therapeutics verloor ruim 46 procent aan beurswaarde. De Amerikaanse geneesmiddelenautoriteit FDA heeft testen met een middel van het bedrijf tegen kanker stilgelegd na complicaties bij een patiënt.
De maker van havermelk Oatly eindigde 0,9 procent hoger na een adviesverhoging van JPMorgan Chase. De beurskoers van Oatly is sinds een piek in juni hard gedaald en dat geeft beleggers volgens de zakenbank een kans om in te stappen.
De euro was 1,1572 dollar waard, gelijk aan het niveau bij het slot van de Europese beurzen. Een vat Amerikaanse olie kostte 1,5 procent meer op 79,49 dollar. Eerder brak de prijs voor een vat WTI (West Texas Intermediate) van 159 liter voor het eerst sinds 2014 door de 80 dollar. Brentolie werd 0,7 procent duurder op 82,50 dollar per vat.