De aandelenbeurzen in New York zijn vrijdag met een flinke plus gesloten. Daarmee won Wall Street voor de derde dag op rij. Beleggers reageerden onder meer op een bericht dat een favoriete inflatiemeter van de Federal Reserve in april minder snel toenam dan de maand ervoor. Het kan een teken zijn dat de prijsstijgingen wat gaan afremmen.
De inflatievrees, die almaar verder oplaaide, hield beleggers in de ban en leidde tot een verkoopgolf op de wereldwijde aandelenmarkten. Deze week was sprake van een ommekeer. De Amerikaanse beurzen wisten vrijdag voor het eerst in lange tijd drie dagen op rij te stijgen. De Dow-Jonesindex, die al acht weken op rij was gedaald, heeft daarmee de langste verliesreeks in bijna honderd jaar doorbroken. De S&P 500 en de Nasdaq sloten de vorige zeven weken af met een verlies.
De Dow-Jonesindex sloot 1,8 procent hoger op 33.212,96 punten en de brede S&P 500 steeg 2,5 procent tot 4158,24 punten. De Nasdaq won 3,3 procent op 12.131,13 punten.
Dell Technologies behoorde tot de sterkste stijgers in New York. De computerfabrikant boekte afgelopen kwartaal meer omzet en winst dan analisten hadden verwacht. Beleggers beloonden het aandeel met een koerswinst van bijna 13 procent.
Kledingverkoper Gap won 4,3 procent nadat het bedrijf een groot verlies aan het begin van de dag wegwerkte. Het kledingmerk verlaagde zijn winstverwachting voor het hele jaar. Gap kampt met gestegen transportkosten en moet hogere kortingen bieden om zijn voorraden aan de man te brengen.
Apple steeg 4 procent. Persbureau Bloomberg meldde dat de veelal laagbetaalde arbeiders van Quanta Computer, een belangrijke leverancier van iPhoneproducent Apple, in opstand zijn gekomen tegen de strenge coronamaatregelen in China. De arbeiders zitten al bijna twee maanden gevangen in een vergrendelde fabriek in Shanghai vanwege het strikte coronabeleid in de Chinese miljoenenstad en eisen meer vrijheid.
De euro was 1,0729 dollar waard, tegen 1,0702 dollar bij het slot van de beurshandel in Europa. Een vat Amerikaanse olie steeg 0,9 procent in prijs tot 115,11 dollar. Brentolie kostte 1,8 procent meer op 119,45 dollar per vat.