De aandelenbeurzen in New York zijn dinsdag met kleine winsten aan de handel begonnen. Daarmee tonen ze iets van herstel na de forse verliezen van maandag, toen de drie belangrijkste graadmeters diep in het rood sloten wegens zorgen rond het coronavirus.
De Dow-Jonesindex stond kort na de openingsbel 0,4 procent hoger op 28.044 punten. De brede S&P 500 won 0,3 procent tot 3234 punten en technologiegraadmeter Nasdaq kreeg er 0,5 procent bij op 9271 punten.
De forse verliezen van maandag volgden op de uitbraak van het coronavirus in Noord-Italië in het weekend. De explosieve toename van het aantal besmettingen in dat land maakte duidelijk dat het virus een steeds internationaler probleem wordt. Beleggers houden berichten over de verdere toename van het aantal besmettingen buiten China scherp in de gaten.
Diverse grote beursfondsen kwamen met updates over de financiële gevolgen van de epidemie. Zo stelde creditcardbedrijf Mastercard (min 1 procent) zijn verwachtingen over de omzetgroei dit kwartaal naar beneden bij, doordat het coronavirus een rem zet op internationale reizen en aanverwante aankopen.
Verder kwam Home Depot met cijfers over het vierde kwartaal. De doe-het-zelfketen meldde een toename van de vergelijkbare verkopen en won circa 2 procent. Warenhuisketen Macy's overtrof in het laatste kwartaal van 2019 de gemiddelde winstverwachtingen op Wall Street, geholpen door sterke verkopen rond de feestdagen. Het aandeel ging bijna 3 procent omhoog.