Werkgevers lijken de coronacrisis als excuus te gebruiken om loonmatigingen en versobering van arbeidsvoorwaarden af te dwingen in cao-onderhandelingen. Dat concludeert vakbond FNV in een terugblik op het arbeidsvoorwaardenseizoen 2020, dat loopt tot 1 december. Het cao-overleg verloopt zowel op het terrein van meer zekerheid voor werknemers als op loongebied zeer moeizaam, aldus de grootste vakbond van Nederland.
Dit jaar heeft FNV 192 cao's afgesloten voor circa 1,5 miljoen mensen. Dat is minder dan gemiddeld in voorgaande jaren, vooral als gevolg van de crisis. Het gemiddeld aantal afgesloten cao's lag in de afgelopen drie jaar op peildatum 1 december op 260. De loonstijging was voorafgaand aan de crisis volgens FNV gemiddeld 3,2 procent. Over het hele jaar zijn de lonen gemiddeld 2,4 procent verhoogd.
Er zijn dit jaar volgens FNV iets minder afspraken gemaakt over zekerheid voor werknemers, zoals tijdelijke banen omzetten naar contracten voor onbepaalde tijd, een maximum aantal flexwerkers of alleen tijdelijk personeel voor tijdelijk werk. Ook in sectoren die lijken te profiteren van de corona-uitbraak, zoals in de pakketbezorging en de supermarkten, investeren werkgevers te weinig in het personeel, aldus de bond.
FNV stelt ook dat onderhandelingen in de publieke sector moeizaam verlopen. "Het kabinet heeft wel miljarden over om te investeren in bedrijven, maar investeren in al die vitale beroepen in de publieke sector, zoals in de zorg, onderwijs, gemeentes en handhaving, is blijkbaar een brug te ver", zegt Zakaria Boufangacha, arbeidsvoorwaardencoördinator van FNV. Hij vraagt zich af waar de waardering voor deze vitale beroepen blijft.