Werkloosheid eurozone opnieuw stabiel op laagste niveau ooit

De werkloosheid in de eurozone is in december opnieuw stabiel gebleven op het laagste niveau ooit, geholpen door de krapte op de arbeidsmarkt. Volgens het Europese statistiekbureau Eurostat kwam de werkloosheid die maand uit op 6,6 procent. Dat was gelijk aan de werkloosheid in november en oktober. In de gehele Europese Unie bleef de werkloosheid voor de vierde maand op rij stabiel op 6,1 procent van de beroepsbevolking.

In december 2021 bedroeg de werkloosheid nog 7 procent in het eurogebied en 6,4 procent in de EU. Volgens Eurostat waren er in december in de eurolanden bijna 11,05 miljoen mensen werkloos. Voor de EU ging het om 13,15 miljoen mensen zonder betaald werk.

De jeugdwerkloosheid in het eurogebied bedroeg iets meer dan 2,3 miljoen mensen en in de EU zaten iets minder dan 2,9 miljoen personen jonger dan 25 jaar zonder werk. In de eurozone bleef de jeugdwerkloosheid daarmee stabiel op 14,8 procent. In de EU liep de jeugdwerkloosheid licht op tot 15 procent, van 14,8 procent een maand eerder.

In Spanje en Griekenland was de werkloosheid wederom het hoogst met respectievelijk 13,1 en 11,6 procent. In beide landen heeft ongeveer een derde van de jeugd geen betaald werk, waarmee ze ook koplopers zijn op dat gebied. De laagste werkloosheid werd gemeten in Tsjechië (2,3 procent), gevolgd door Duitsland (2,9 procent) en Polen (2,9 procent).

Voor Nederland meldde Eurostat een werkloosheid van 3,5 procent. Dat was iets minder dan de 3,6 procent in november. De jeugdwerkloosheid nam in Nederland af tot 7,5 procent, van 7,8 procent een maand eerder.