BAM heeft vorig jaar een winst in de boeken gezet, terwijl het bouwbedrijf een jaar eerder netto nog netto verlies leed. Het betere resultaat is onder meer te danken aan een selectiever inschrijvingsbeleid bij grote projecten. Ook de omzet en de orderportefeuille dikten aan.
Onder de streep resteerde een nettowinst van 23,8 miljoen euro. Een jaar eerder stond daar nog een verlies van 13,8 miljoen euro. De resultaten van een jaar terug werden nog gekleurd door een groot verlies dat de bouwer moest nemen op het zeesluisproject in IJmuiden. De totaalopbrengsten bedroegen 7,2 miljard euro, tegen een omzet van 6,5 miljard in 2017.
Voor dit jaar rekent BAM op een vergelijkbare omzet als in 2018, maar het bedrijf streeft ernaar de winstmarge op te voeren. Om dat mogelijk te maken, is de onderneming kieskeuriger geworden bij het aannemen van nieuwe bouwklussen. Daarbij kijkt het bedrijf kritisch naar de balans tussen risico's en baten van projecten. Vooral bij infrastructuurprojecten voor de overheid leidt dat tot voortdurende onderhandelingen, zegt topman Rob van Wingerden in een toelichting.
In Nederland constateerde BAM een grote vraag naar nieuwbouwwoningen, maar het bedrijf zegt last te hebben van een gebrek aan toegestane bouwlocaties. Ook in 2018 drukten oplopende kosten voor de zeesluis in IJmuiden op het resultaat, maar volgens Van Wingerden slaagde BAM erin risico's op verdere overschrijdingen van het budget terug te dringen. Het project heeft alles bij elkaar voor de onderneming uit Bunnik nu bijna 107 miljoen euro meer gekost dan begroot.
In andere landen waren de omstandigheden over het algemeen goed. Wel zorgt de naderende brexit voor onzekerheid rond de activiteiten in het Verenigd Koninkrijk. Dat land is naar omzet gemeten de op één na belangrijkste markt voor BAM, na Nederland.