De aandelenbeurzen in New York zijn dinsdag op de laatste handelsdag van het sterke tweede kwartaal dicht bij huis gebleven, na de mooie winsten een dag eerder. Beleggers op Wall Street zijn wat voorzichtig door zorgen over de stijgende aantallen coronabesmettingen in een aantal Amerikaanse staten en de spanningen tussen de Verenigde Staten en China over Hongkong.
De Dow-Jonesindex ging in de eerste minuten van de handel 0,2 procent omlaag tot 25.554 punten. De breed samengestelde S&P 500 kreeg er 0,1 procent bij tot 3054 punten. Sinds april wist de graadmeter een stijging van circa 18 procent te boeken, geholpen door de steunmaatregelen van overheden tegen de coronacrisis en de versoepeling van de lockdownmaatregelen in veel landen. Ten opzichte van begin dit jaar staat de graadmeter nog altijd ongeveer 5 procent lager. Techbeurs Nasdaq won dinsdag 0,2 procent tot 9894 punten.
Het Chinese Volkscongres heeft ingestemd met de veiligheidswet voor Hongkong, waarmee China volgens critici pro-democratische betogers in Hongkong wil muilkorven. De VS hebben nu een begin gemaakt met het schrappen van de bijzondere status van Hongkong in de Amerikaanse wetgeving. Peking heeft gezegd tegenmaatregelen te nemen.
De aandacht gaat ook uit naar voorzitter Jerome Powell van de Federal Reserve die gaat spreken in het Amerikaanse Congres. In een vooraf gepubliceerde verklaring zei Powell dat de vooruitzichten voor de Amerikaanse economie buitengewoon onzeker zijn. Ook minister van Financiën Steven Mnuchin zal verschijnen in het Congres.
Bij de bedrijven won chipproducent Micron Technology 4,9 procent, door beter dan verwachte omzetverwachtingen vanwege een sterke vraag naar chips voor datacenters en notebooks. Branchegenoot Xilinx (plus 5,2 procent) kwam ook met opbeurende prognoses.
Uber Technologies steeg 3,8 procent. Het bedrijf achter de taxi-app en maaltijdbezorgdienst Uber Eats zou de Amerikaanse maaltijdbezorgonderneming Postmates willen overnemen voor 2,6 miljard dollar.