Advocaat Gillis mag onderzoek verrichten naar foto's Kremers

17 dec , 11:10 Entertainment
anp171225096 1

De rechtbank vindt het goed dat de advocaat van Peter Gillis extra onderzoek verricht naar foto's die zijn ex-partner Nicol Kremers als bewijs aanvoert van mishandelingen waarvan Gillis wordt verdacht. Het gaat om een aantal digitale bestanden waarvan de verdediging de betrouwbaarheid betwist. De rechtbank in Den Bosch bepaalde woensdag dat een tegenonderzoek onder voorwaarden is toegestaan.

Realityster en ondernemer Gillis wordt verdacht van meerdere mishandelingen van zijn ex-partner. In eerste instantie ging het alleen om een mishandeling op 29 mei 2022 in vakantiepark Prinsenmeer in Ommel. Hij zou Kremers toen hebben gebeten in haar rug en neus. De zaak is nu echter samengevoegd met een latere aangifte van zijn ex van andere mishandelingen. Ook deze zouden in datzelfde jaar hebben plaatsgevonden, maar over een langere periode.

De rechter staat het tegenonderzoek toe, op voorwaarde dat alleen de deskundige de foto's onder ogen krijgt. Het Openbaar Ministerie had bepleit dat met het delen van de foto's een risico zou bestaan op het uitlekken van de beelden. De rechtbank wil ook dat het tegenonderzoek is afgerond voordat de inhoudelijke behandeling van de zaak op 15 april van start gaat.

Meerdere zaken

Volgens de advocaten van Gillis kunnen de foto's invloed hebben op het oordeel van de rechtbank. Daarom wil een deskundige vaststellen dat de beelden authentiek en niet gemanipuleerd zijn. De raadsman van Gillis wees ook op het feit dat verschillende verklaringen van Kremers in het dossier elkaar tegenspraken. Volgens de officier van justitie kwam dit mede doordat Kremers onder druk zou zijn gezet door Gillis bij het doen van haar verklaringen.

Het is niet de enige zaak rond Peter Gillis die speelt. In april werd de realityster en vastgoedondernemer veroordeeld tot twaalf maanden cel, waarvan zes voorwaardelijk voor onder meer belastingfraude. In de eerste zitting in het hoger beroep bepleitte zijn advocaat eind november dat de rechtszaak over zou moeten omdat de rechter bevooroordeeld zou zijn geweest.

De rechtbank wees dit verzoek echter af. Het hoger beroep gaat in maart verder met een tweede zitting. De fraudezaak wordt naar verwachting eind 2026 inhoudelijk behandeld.