Het werelderfgoedcomité van UNESCO heeft vrijdag tijdens een bijeenkomst in de Azerbeidzjaanse stad Bakoe besloten om de enorme Mesopotamische stad Babylon op de lijst van werelderfgoed te zetten. Aan de plaatsing op de lijst gingen drie decennia van lobbywerk door Irak vooraf.
De stad, waardoor de rivier de Eufraat stroomt, ligt ongeveer 100 kilometer ten zuiden van Bagdad en was ruim 4000 jaar geleden het centrum van het oude Babylonische rijk en "de grootste bewoonde stad in de oude geschiedenis", aldus Qahtan al-Abeed, directeur van Basra Antiquiteiten, die het Babylon-dossier naar UNESCO bracht. Van de stad is slechts 18 procent opgegraven.
Babylon neemt een bijzondere plaats in in de wereldgeschiedenis en mythologie met zijn beroemde Ishtar Poort, hangende tuinen en de toren van Babel, ook al is de locatie van de laatste twee nog steeds onderwerp van discussie.
Van de zeker 7000 archeologische vindplaatsen in Irak, staan nog vijf andere geregistreerd bij UNESCO: twee op werelderfgoedlijst en drie op de lijst van het bedreigde erfgoed.
Het comité is tien dagen in Bakoe bijeen, waar het 35 nominaties voor plaatsing op de werelderfgoedlijst behandelt.