De afgelopen drie jaar heeft justitie vijftien keer een dwangmiddel ingezet tegen een journalist. Journalisten zijn onder meer afgeluisterd, verhoord of aangehouden of moesten foto's en videomateriaal afstaan, blijkt uit gegevens die op verzoek van de krant NRC zijn vrijgegeven.
De omgang van het Openbaar Ministerie met de pers ligt onder een vergrootglas sinds bleek dat justitie afgelopen jaar driemaal buiten haar boekje ging. Het OM vroeg telefoongegevens op van een persfotograaf van AD en RTV Rijnmond en van een verslaggever van het Brabants Dagblad en luisterde een journalist af in de zaak rond de vermoorde broer van kroongetuige Nabil B. Justitie hield zich daarbij niet aan de regels.
Ook vorig jaar ging het al eens mis. Toen pakte de politie de camera af van een NRC-fotograaf die vastlegde hoe een Amerikaanse NAVO-militair een demonstrant te lijf ging.
De lijst van vijftien is misschien niet compleet, want het OM houdt niet bij of het een journalist op de korrel heeft. Medewerkers moesten daarom uit hun geheugen putten.
Het afluisteren van journalisten ligt heel gevoelig, omdat bronnen daardoor misschien niet langer met hen durven praten. Maar de zogeheten bronbescherming was bij het gros van de vijftien zaken niet in het geding of is terecht aan de kant geschoven, schrijft minister Ferd Grapperhaus van Justitie en Veiligheid aan de Tweede Kamer.
Sinds 1 oktober moet justitie toestemming vragen aan de rechter-commissaris voor zij een dwangmiddel mag inzetten tegen een journalist. Officieren van justitie worden voortaan ook extra gewezen op de bijzondere positie van journalisten.