Carnaval is niet te verbieden. Vooral niet omdat de horeca open is, zegt burgemeester Hubert Bruls van Nijmegen voorafgaand aan het carnavalsoverleg tussen een aantal burgemeesters uit het zuiden en oosten van het land en justitieminister Dilan Yesilgöz. "Carnaval heeft vele gezichten. Mensen komen thuis of op straat samen en daarvoor heb je geen vergunning nodig", zegt hij.
Vooral de 1,5 meter afstand en carnaval gaan lastig samen. "Het is een ingewikkelde situatie", verzucht Antoin Scholten van Venlo. "In een binnenlocatie vol muziek blijven mensen met een biertje in de hand niet op 1,5 meter op hun plek zitten", voorspelt Bruls. De burgemeesters zoeken nog naar de mogelijkheden en de onmogelijkheden. Zij geven aan in elk geval de toeloop naar de cafés te willen reguleren. "We moeten proberen de grote toestroom ontmoedigen", stelt de voorzitter van het Veiligheidsberaad.
Annemarie Penn-te Strake van Maastricht geeft aan dat zij "haar best gaat doen", maar dat zij "het niet kan waarmaken om de coronamaatregelen" te handhaven. "Wij lopen rond, spreken aan en zullen waarschuwen, maar ik ga geen ME op het Vrijthof afsturen als die vol staat met mensen." Zij hoopt vooral dat rond 15 februari het aantal besmettingen drastisch is afgenomen en er dan sowieso weer meer mogelijk is.
Samen met minister Yesilgöz bespreken de burgemeesters "hoeveel ruimte er is". "Wij moeten creatief zijn", aldus Jack Mikkers van Den Bosch. Zijn collega John Jorritsma van Eindhoven houdt wel zijn hart vast en wil ook het "carnavalstoerisme" proberen in te dammen. "Ik ben bang dat dit jaar een teleurstelling wordt voor iedereen die een carnavalshart heeft."