De rechtbank in Haarlem doet uiterlijk dinsdag, maar bij voorkeur maandag al uitspraak in het kort geding tegen de Formule 1 in Zandvoort.
"De belangenafweging is een lastige. Daar wil ik de tijd voor nemen", zei de rechter die de zaak behandelde. Hij zei het probleem met stikstof, waar milieuorganisatie Mobilisation for the Environment (MOB) op hamert, goed te begrijpen. Hij toonde tevens begrip voor de belangen van het circuit van Zandvoort.
Bij het evenement worden in het weekend van 3, 4 en 5 september 70.000 bezoekers per dag verwacht. Het op korte termijn afgelasten zou dus zeer ingrijpend zijn.
MOB meent dat de rechter weinig ruimte heeft om een eigen afweging te maken. De wet staat niet toe dat de natuur verder verslechtert en dat kan door de stikstofuitstoot rond het evenement wel gebeuren, betoogde raadsman Valentijn Wösten. Hij stelde dat de stikstofberekeningen op basis waarvan de provincie Noord-Holland de laatste natuurvergunning van het circuit heeft verleend, niet deugen.
Tijdens de zitting stelde MOB nog voor de race desnoods zonder publiek te houden. Het circuit vindt dat echter "onacceptabel", zei advocaat Anna Collignon. Circuitdirecteur Robert van Overdijk wees op de grote financiële gevolgen. Ook de provincie reageerde afwijzend op het voorstel.
Advocaat Hans Besselink wees er namens de provincie op dat het circuit "er al ligt sinds 1948". De Formule 1 is volgens hem "geen nieuwe activiteit". Dat in verband met het race-evenement een nieuwe natuurvergunning is aangevraagd - en afgegeven - had vooral te maken met de werkzaamheden die nodig waren in aanloop naar de Dutch Grand Prix, legde Besselink uit. Collignon sloot zich daarbij aan. "Hoe je het ook wendt of keert: er is een circuit, daar mocht op worden geracet en daar mag op worden geracet."
Collignon voegde eraan toe dat de natuur hier niet in het geding is. Ze wees erop dat het afgelopen jaar door corona al minder evenementen zijn gehouden op het circuit. Daardoor zou de stikstofuitstoot ook lager zijn uitgevallen.