Roeiploeg mist nog glans in opbouw naar WK

Foto: ANP

De Nederlandse roeiploeg heeft bij de wereldbekerfinale in Zevenhuizen niet voluit kunnen schitteren. Oranje hield aan de driedaagse voor eigen publiek drie medailles over in de veertien olympische klassen: zilver voor de lichte dubbeltwee (Ilse Paulis/Marieke Keijser) en brons voor de dubbelvier (Abe Wiersma, Tone Wieten, Koen Metsemakers en Dirk Uittenbogaard) en skiffeuse Lisa Scheenaard.

De Nederlandse ploeg was niet op volle sterkte op de windgevoelige Willem-Alexander Baan. Vooral bij de vrouwen ontbraken enkele vaste krachten. Nicole Beukers, Karien Robbers, Carline Bouw en Olivia van Rooijen konden door blessures in Zevenhuizen niet in actie komen.

Technisch directeur Hessel Evertse van de Nederlandse roeibond hechtte niet al te veel waarde aan de modale oogst in Zevenhuizen. “We zitten midden in de opbouw naar de WK in Oostenrijk”, legde hij uit. “Er zijn in de afgelopen weken heel veel trainingskilometers gemaakt. Uiteraard wil je voor eigen publiek bij een groot toernooi jezelf laten zien. Maar momenteel is de belasting te hoog om veel topprestaties te mogen verwachten. Op de WK moet het echt gebeuren.”

Tijdens de wereldtitelstrijd, die eind augustus in Linz begint, zijn de eerste olympische startbewijzen te verdienen. Een plaats in de A-finale (top zes) is daarvoor voldoende en voor de achten levert een plek bij de top vijf een fel begeerd ticket naar Tokio 2020 op. “Een super belangrijk toernooi”, blikte Evertse vooruit. “Hoe eerder we ons kwalificeren, hoe beter. Dan kunnen we onze teams gaan optimaliseren en de roeiers niet meer vermoeien met een olympische selectiestrijd.”

Evertse won met Oranje bij Rio 2016 drie olympische medailles (goud, zilver, brons). Die fraaie score wil hij in Tokio gaan verbeteren. “Ik wil graag dingen doen die nog nooit gedaan zijn. Daarom mik ik op vijf olympische plakken in Japan. Dat zou ik niet zeggen als ik denk dat het niet kan. Bij de mannen zouden de Holland Acht en de dubbelvier het podium kunnen halen, bij de vrouwen geldt dat voor de dubbelvier, de vier-zonder en de lichte dubbeltwee. Wie weet zit er ook nog een kansrijke acht aan te komen. Het is allemaal mogelijk met de brede ploeg die we nu hebben.”