Macaré ziet kansen voor olympisch skateboarden

Foto: ANP

Douwe Macaré ziet kansen voor het skateboarden nu het olympisch is geworden. De Nederlands kampioen merkt wel dat er in de skateboardcultuur wisselend gedacht wordt over de promotie. “Er zijn skaters die bang zijn dat hun cultuur wordt afgenomen. Ik ben van mening dat de sport meer status kan krijgen en kan profiteren van alle aandacht”, zegt de Gelderlander vanuit het Braziliaanse São Paulo, waar hij net als zes andere skateboarders van TeamNL meedoet aan het WK op de olympische discipline street.

Skateboarden debuteert op de Olympische Spelen in Tokio en Macaré ziet zijn geliefde sport straks tussen het atletiek, zwemmen en wielrennen opduiken. “Er is een heleboel mooi aan het skateboarden. Het is nooit klaar en je kan nooit zeggen: ik heb nu alles gewonnen, ik heb het skateboarden uitgespeeld”, barst hij los. “Je kan niet alle trucs leren, want er zijn er zoveel. Daarnaast is het een individuele sport en dat vind ik ook heel fijn.”

Een individuele sport betekent niet dat er een harde concurrentiestrijd is. “Het is een hele hechte sport en iedereen gunt het elkaar. Je leert veel van je vrienden en je skate ook met ze. We zijn allemaal een beetje outcasts. De meesten begonnen met het skateboarden omdat ze niets hadden met de traditionele sporten. Toen zijn ze maar een beetje gaan skaten”, legt de 27-jarige Macaré uit, die zelf op zijn elfde voor het eerst op een skateboard stond.

Macaré werd afgelopen zondag in Rotterdam Nederlands kampioen. In 2015 pakte hij ook de Nederlandse titel, maar toen werd er nog niet geskateboard volgens het olympische format. Totdat de sport de olympische status kreeg moesten de skateboarders net zolang trucs doen totdat ze vielen of dat er 45 seconden waren verstreken. Het olympische format schrijft voor dat er twee runs van 45 seconden zijn. “Je komt solo de baan op en maakt zoveel mogelijk tricks. Het maakt niet uit of je valt, je mag het nog een keer proberen. Je krijgt vijf tries voor een single trick en de vier beste scores tellen.” Macaré heeft zelf de kickflip als specialiteit. “Het is een basic trick maar je kan het combineren met heel veel andere elementen.”

Bij de strijd om de Nederlandse titel werd voor het eerst in Nederland volgens de olympische formule gereden en dat ging Macaré goed af. “Het is een beetje skaten met strategie.” Het viel hem op dat het olympische etiket veel verandert. “Bij het NK was er voor het eerst een dopingcontrole, dat was wel grappig. De man van dopingautoriteit WADA legde alles netjes uit en alles ging goed.”

Toch zit niet iedereen binnen de skateboardwereld te wachten op de bemoeienis vanuit het Internationaal Olympisch Comité (IOC). “Je hebt twee kampen en zal dat altijd blijven houden. Zo zijn er de skaters die fel tegen zijn. Zij zijn bang dat hun cultuur wordt afgepakt omdat mensen die niets van het skateboarden weten zich er nu mee bemoeien. Er zijn ook skaters die het geweldig vinden. Mij lijkt het heel erg leuk om er bij te zijn in Tokio”, aldus Macaré die vorig jaar op het EK vierde werd en laat nu net de top 4 van Europa zich kwalificeren voor de Spelen. “Dat toernooi telt alleen niet mee helaas. Het Nederlands kampioenschap leverde mij wel veel punten op en goed presteren hier op het WK helpt mij ook weer verder.”