Meer geld voor dopingcontroles in vrouwenwielrennen

Foto: ANP

Het aantal wielrensters uit de wereldtop dat vaker op doping wordt gecontroleerd, neemt de komende jaren fors toe. Dit jaar komen 53 rensters in de zogeheten ‘registered testing pool’, tegen 29 rensters in 2019. Het aantal gecontroleerde rensters via dit systeem stijgt in 2021 naar 65 en in 2022 naar 74.

De internationale wielrenunie UCI heeft 10.000 euro per team vrijgemaakt voor het versterken van het antidopingprogramma, dat is gericht op de acht professionele teams uit de WorldTour. De teams investeren zelf ook 10.000 euro, zodat ieder team een antidopingbudget heeft van 20.000 euro.

Behalve dat meer wielrensters vaker gecontroleerd zullen worden en ook steeds hun verblijfplaatsen (whereabouts) moeten opgeven, zullen er ook vaker dopingcontroles plaatsvinden. Sowieso tijdens alle koersen uit de WorldTour, maar ook tijdens trainingskampen. Bovendien worden bloedmonsters voorafgaand en tijdens wedstrijden afgenomen voor het biologisch paspoort van de rensters.

“We gaan een belangrijke nieuwe fase in om een schone wielersport te bevorderen”, aldus voorzitter David Lappartient van de UCI. “De inzet van onze federatie is valsspelers aan te pakken. Dat kost geld, maar dat is het meer dan waard om de integriteit van de wielersport te waarborgen.”

Ploegen uit WorldTour zijn onder meer CCC-Liv van Marianne Vos, Trek-Segafredo van Lucinda Brand en Ellen van Dijk en Mitchelton-Scott van Annemiek van Vleuten.