Bidprocedure Tokio 2020 ter discussie

Foto: ANP

Amper een dag na de officiële bekendmaking van de nieuwe data voor de uitgestelde Zomerspelen in Tokio (23 juli – 8 augustus 2021), is de Japanse bidprocedure voor het evenement ter discussie gesteld. Persbureau Reuters heeft financiële documenten van de Japanse bidcommissie ingezien. Daarin staan onder meer forse betalingen vermeld aan een Japanse zakenman, Haruyuki Takahashi, en aan een instelling met ex-premier Yoshiro Mori aan het hoofd, de huidige voorzitter van het Japanse organisatiecomité.

Takahashi, voormalig directeur van het reclamebureau Dentsu Inc, ontving 8,2 miljoen dollar (circa 7,5 miljoen euro) van de Japanse bidcommissie. Hij verrichtte daarvoor werkzaamheden in het lobbycircuit om de Zomerspelen naar Tokio te halen.

De Japanse bidcommissie maakte aan de firma, zonder winstoogmerk, van Mori een bedrag van ruim 1 miljoen euro over. Hiervoor zou het bedrijf voornamelijk “internationale informatie hebben geanalyseerd”, aldus een woordvoerder van Mori.

Takahashi trachtte onder meer IOC-leden, onder wie de verdachte oud-voorzitter van de internationale atletiekfederatie Lamine Diack, te bewegen om op het Japanse bid te stemmen. Het Openbaar Ministerie in Frankrijk heeft de 86-jarige Senegalees aangeklaagd voor fraude en witwassen.

Diack zou van de Japanse bidcommissie via een tussenpersoon uit Singapore een bedrag van ruim 2 miljoen euro hebben gekregen om binnen het IOC steun te vergaren voor Tokio 2020. Diack heeft huisarrest in Frankrijk, in afwachting van zijn rechtszaak die mogelijk komende zomer begint.

Na de geslaagde procedure in 2013 kreeg Takahashi een functie in het Japanse organisatiecomité voor Tokio 2020. Hij erkende dat hij de miljoenen van de Japanse bidcommissie had ontvangen. Ook gaf hij toe dat hij cadeaus aan onder anderen Diack had overhandigd, waaronder horloges van Seiko en digitale camera’s. Hij ziet echter niets illegaals in zijn manier van doen. “Het ging om goedkope dingen. Je kunt ook niet met lege handen aankomen.”

Uit het onderzoek van Reuters kwam naar voren dat aan het Japanse horlogemerk Seiko destijds een bedrag van ruim 40.000 euro is betaald door de Japanse bidcommissie. Een woordvoerder van het IOC liet weten dat het IOC niet op de hoogte was gebracht van betalingen aan particuliere partijen en evenmin van eventuele cadeaus aan IOC-leden.

Volgens een woordvoerder van de Japanse bidcommissie was de inbreng van Takahashi in de procedure onmisbaar. “Wij hadden iemand nodig die de zakenwereld begreep. Hij had de juiste contacten en kreeg provisie voor de sponsors die hij binnen bracht.”