Meer topsportgeld voor zeilen, baanwielrennen en hockey

Foto: ANP

De topsportprogramma’s van zeilen, baanwielrennen en mannenhockey krijgen volgend jaar meer geld van sportkoepel NOC*NSF. Vooral de zeilsport wordt goed bedeeld met 200.000 euro extra. In totaal krijgt het olympisch zeilen 2 miljoen euro als financiering.

“Nederland is op dit moment zeilnatie nummer 1 en krijgt een nieuwe olympische klasse erbij, het foilen, waarin we potentieel sterk zijn. Dat rechtvaardigt een stijging in het budget’’, zei technisch directeur Maurits Hendriks bij het bekendmaken van de eerste verdeling van de topsportgelden voor de olympische cyclus tot de Spelen van Parijs in 2024.

Voor het baanwielrennen geldt hetzelfde. In die sport voert Nederland ook de wereldranglijst aan en medailles op de Olympische Spelen van Tokio en Parijs zijn bijna een zekerheid. NOC*NSF geeft 140.000 euro extra, waarmee de totale financiering op 1,1 miljoen euro komt in 2021.

De hockeyers krijgen 193.000 euro extra, waarmee hun bijdrage op 1 miljoen komt, evenveel als de hockeysters. “We zijn een topnatie in deze sport. Nederland speelt sterk in de Pro League. Dat is een dure competitie met veel reizen, vandaar een hogere bijdrage’’, aldus Hendriks.

Twee topsportprogramma’s zijn toegevoegd: skateboarden en mountainbiken. “We ondersteunden al Mathieu van der Poel individueel, maar we zijn in het mountainbiken in de breedte sterker geworden en zullen nu het topsportprogramma financieren. Dat geldt dus ook voor de nieuwe olympische sport skateboarden, waarin Nederland zich sterk profileert.”

De topsportprogramma’s van tafeltennis, het wegracen (motorsport) en de schietsport zijn afgevoerd van de lijst met toekenningen. Wel blijft de sportkoepel tafeltennisster Britt Eerland individueel ondersteunen. Ook golfster Anne van Dam, worstelaarster Jessica Blaszka, de synchroonzwemtweeling Noortje en Bregje de Brouwer en kanoslalomster Martina Wegman krijgen individuele ondersteuning.

Voor alle topsportprogramma’s is volgend jaar 54,6 miljoen euro beschikbaar, evenveel als in voorgaande jaren. “We gaan een uitdagende periode tegemoet”, zei Hendriks. “Een deel van de topsportprogramma’s draait nog in aanloop naar Tokio. Ondertussen lopen er ook al programma’s richting Parijs 2024 en starten de wintersporten hun olympische seizoen richting Peking 2022. We hebben in een periode van negen maanden tweemaal een Olympische Spelen, terwijl de ambities en het prestatieniveau van de Nederlandse topsport groeien. De middelen blijven gelijk, dat geeft spanning. We wilden meer toekennen dan we hadden. Dat was de vervelende vaststelling.”