Revaliderende Jakobsen geniet van trainingsritjes

Foto: ANP

Pas wanneer Fabio Jakobsen in februari een nieuwe operatie aan zijn gezicht heeft ondergaan, kan de wielrenner uit Heukelum wellicht bepalen wanneer hij weer in koersen gaat uitkomen. De sprinter van Deceuninck – Quick-Step is nog aan het herstellen van een verschrikkelijke val in augustus in de Ronde van Polen. “Ik ben al dankbaar dat ik hier weer met mijn ploeggenoten kan trainen”, meldde Jakobsen woensdag bij de virtuele teampresentatie van zijn Belgische ploeg, die in Spanje verblijft voor een trainingskamp.

Jakobsen (24) werd begin augustus in de massasprint van de eerste etappe van de Ronde van Polen in de hekken geduwd door Dylan Groenewegen. De crash bij een snelheid van meer dan 80 kilometer per uur leverde hem tal van breuken op. Met een bijna volledig verbrijzeld gezicht belandde hij in het ziekenhuis, waar hij enkele dagen in kunstmatig coma werd gehouden. Groenewegen werd later door de internationale wielrenunie UCI geschorst voor zijn actie. Hij staat tot begin mei aan de kant.

Jakobsen weet voorlopig niet of hij dan al weer koerst. “Het gevoel op de fiets is goed. Ik rijd hier met de jongens, al keer ik soms eerder terug naar het hotel. Het herstel gaat langzaam, maar beetje bij beetje begin ik me weer wielrenner te voelen. Ik ben blij met waar ik nu sta.”

Hij zegt veel motivatie te putten uit de steun van zijn team. “De renners, de staf, iedereen steunt me. Het is ook bijzonder motiverend dat ik in een ploeg rijd met de beste sprinter van de Tour van vorig jaar (de Ier Sam Bennett) en de beste sprinter aller tijden.” Daarmee doelde hij op Mark Cavendish, de Brit die na vijf jaar terugkeerde bij de ploeg van manager Patrick Lefevere.

Terugkeren tussen zijn ploegmaats maakt Jakobsen naar eigen zeggen “extreem gelukkig”. Waar hij staat in zijn herstel kan hij moeilijk aangeven. “Hoe het met me gaat? In vergelijking met 4 augustus niet goed, in vergelijking met 6 augustus heel goed. Voor het vervolg hangt nu veel af van de komende operatie. Zijn er geen complicaties dan kan ik wellicht iets gaan plannen.”