Bondscoach bereidt wielrensters voor op loodzware koers in Tokio

Foto: ANP

Bondscoach Loes Gunnewijk van de Nederlandse wielrensters had maandag haar vier atleten uit de olympische selectie voor een laatste keer bij zich in Papendal. De komende drie weken gaan ze zich op hun eigen manier voorbereiden op Tokio, waar ze volgens de bondscoach het beste kunnen uitgaan van het ergste.

Gunnewijk heeft de beschikking over regerend olympisch kampioene Anna van der Breggen en de winnares van olympisch goud in Londen 2012, Marianne Vos. Met regerend Europees kampioene Annemiek van Vleuten en de winnares van Luik-Bastenaken-Luik, Demi Vollering is het een ploeg met vier potentiële winnaars.

In Papendal kregen de rensters een briefing over wat hun in Tokio te wachten staat. Vooral qua weer is dat lastig in te schatten. “We zijn daar twee jaar geleden geweest met het olympisch testevent van de mannen en hebben toen het parcours van de wegwedstrijd verkend. Die dag was het twintig graden en regende het. Maar het kan ook 35 graden zijn met een heel hoge luchtvochtigheid. Dat heb je niet in de hand, maar is wel goed om van tevoren te weten”, zei ze.

En dus trainden de rensters maandag nog in de hittekamer in Papendal. Volgens Vollering was het goed om even te voelen hoe dat is en moet je vooral heel goed blijven drinken. Gunnewijk zegt dat ze vooral flexibel zullen moeten zijn. “We hebben doorgesproken wat ze kunnen verwachten. We komen de zaterdag voor de Spelen in Tokio aan en acht dagen later is de wegwedstrijd. Verwacht het ergste heb ik gezegd. Hoe zwaarder de wedstrijd zal zijn, hoe meer ze daar wellicht bij gebaat zijn. Het zijn allemaal megafitte rensters.”

In die fysieke voorbereiding kiest Van Vleuten een andere aanloop dan de andere drie. Zij rijdt de komende weken geen wedstrijden meer en gaat op hoogtestage. Van der Breggen, Vollering en Vos rijden nog de Ronde van Italië. Van der Breggen laat weten dat ze die etappekoers nodig heeft om op haar best te zijn in Tokio. Gunnewijk: “Er leiden meerdere wegen naar Rome. Ik laat iedereen zijn eigen manier kiezen. De een rijdt liever wedstrijden en de ander vindt een hoogtestage prettiger.”

De bondscoach heeft het team ook voorbereid op wat de Spelen mentaal gaan betekenen. “De olympische beleving gaat heel anders zijn. Er zijn geen Nederlandse fans en er is geen Holland House. Ga er maar van uit dat de bewegingsvrijheid nihil is, heb ik gezegd. Dat vereist een andere mindset. We kunnen op het olympisch parcours trainen, maar wat veel renners normaal doen, het koffierondje, dat kan niet. Hier zijn versoepelingen, maar we gaan daar weer terug naar een strikter programma.”

En natuurlijk heeft Gunnewijk het met haar teamleden over de wedstrijd zelf gehad. “We zullen het nog over de tactiek hebben. Met vier rijden vereist een andere manier van koersen dan met zes of acht op een WK. Maar dit zijn ervaren rensters, ik heb daar alle vertrouwen in. Aan het einde van de dag wil ik het Wilhelmus horen. Dat is het doel.”