Van Baarle kon het zelfs op de piste van Roubaix amper geloven

Foto: ANP

Dylan van Baarle had een half rondje afgelegd op de wielerbaan van Roubaix toen hij nog eens naar de plek keek waar de renners de piste komen oprijden. “Ik keek of de anderen eraan kwamen. Ik kon het amper geloven, maar ik reed hier echt alleen.” Niet veel later mocht hij zich winnaar van Parijs-Roubaix noemen, de monumentale klassieker in Noord-Frankrijk.

“Het is ongelooflijk. Zo’n wedstrijd winnen, dat wil iedereen. Ik was twee weken geleden al tweede in de Ronde van Vlaanderen. En nu dit, ik heb er geen woorden voor.” Zijn ploeg Ineos Grenadiers had al vroeg in koers een verrassingsaanval geplaatst. Met zeven man waren ze vertegenwoordigd in een eerste omvangrijke groep, waar favorieten als Mathieu van der Poel en de Belg Wout van Aert ontbraken. “Het was niet gepland, maar het liep zo. We waren enorm gefocust en wilden voorin zitten. Het was niet de beslissing, maar het heeft anderen wel extra energie gekost en ons wat minder.”

“Vanaf die ‘move’ wist ik dat we een goede kans maakten”, aldus Van Baarle. “Ook al hadden we wat pech: ik reed lek, Filippo Ganna ook. Iedereen had wel iets, maar we bleven kalm. Michal Kwiatkowski zei tegen me: ‘je bent supersterk, ik wil voor jou rijden’. Dat gaf me zoveel vertrouwen. Het is een fantastisch klassiek voorjaar geweest. We hebben zo hard gewerkt voor deze zege in deze koers. Hier gaan we van genieten.” Van Baarle bleek de koers ook nog te hebben gewonnen in een recordmoyenne: 45,79 kilometer per uur.

In 2015, bij zijn tweede deelname, finishte Van Baarle nog als laatste, vorig jaar zelfs buiten de tijd. “De laatsten zullen de eersten zijn”, zei hij lachend, kort nadat teambaas Dave Brailsford hem had opgevangen. Voor Ineos (en voorloper Sky) was het de eerste overwinning in Parijs-Roubaix. “We aasden al lang op een van de keienklassiekers. Gianni Moscon was er een paar keer dichtbij, Ian Stannard was een keer derde. De ploeg steekt er veel tijd in en nu hebben we het materiaal om competitief te zijn.” Van Baarle ziet bovendien de motivatie groeien bij de ploeg, een mengeling van jonge renners en meer ervaren jongens. “Die twee factoren samen zorgen ervoor dat we er voluit voor gingen.”

Zijn tweede plaats achter Julian Alaphilippe in de wegrace van de WK van vorig jaar maakte hem nog meer zelfbewust. “Daar besefte ik: ik kan winnen, ik ben goed. Ik heb daarop verder kunnen bouwen in de winter en dan ga je met een andere instelling naar de klassiekers. Dat zag je al in ‘de Ronde’, waardoor ik met nog meer vertrouwen hier aan de start stond.”