In de elfde etappe van de Tour de France staan voor het eerst twee Alpenreuzen op het programma. De rit vanuit Albertville gaat via de Col du Galibier van de buitencategorie naar de Col du Granon en eindigt na 151,7 kilometer in Serre Chevalier. Het wordt met 2413 meter de hoogste aankomst in deze Tour.
Het is pas de tweede keer in de historie van de Tour dat een etappe eindigt op de Col du Granon. De eerste keer was in 1986. In de door de Spanjaard Eduardo Chozas gewonnen rit raakte vijfvoudig Tourwinnaar Bernard Hinault zijn gele trui kwijt aan ploeggenoot Greg Lemond. Het zou de laatste keer zijn dat de Fransman een etappe in het geel finishte.
Voordat de wielrenners aan de twee beklimmingen van de buitencategorie beginnen, moeten ze eerst de Lacets de Montvernier (2e categorie) over met zijn vele haarspeldbochten en de Col du Télégraphe (1e categorie). Daarna moeten ze naar 2642 meter hoogte op de Col du Galibier, het hoogste punt in deze Tour. De slotklim met veel stroken met een stijgingspercentage van boven de 10 procent maakt het volgens Steven Kruijswijk voor renners mogelijk om het verschil te maken. "Daar gaan we iets moois zien."
De Sloveen Tadej Pogacar start opnieuw in het geel, maar raakte al twee ploeggenoten kwijt door positieve coronatesten. De Duitser Lennard Kämna staat op 11 seconden. De Deen Jonas Vingegaard van Jumbo-Visma volgt op 39 seconden. Zijn Belgische ploeggenoot Wout van Aert draagt de groene puntentrui. De Duitser Simon Geschke moet flink aan de bak om zijn bollentrui te verdedigen. De Brit Tom Pidcock mag, als nummer 2 achter Pogacar in het jongerenklassement, in de witte trui vertrekken.