Femke Bol gaat in grote vorm richting de Olympische Spelen in Tokio. De 21-jarige atlete maakte zondag tijdens de Diamond League in Stockholm indruk met een imposante tijd van 52,37 seconden op de 400 meter horden, een verbetering van bijna 1 seconde van haar eigen Nederlandse record (53,33). Twee dagen later won ze in Hongarije weer (52,81), wat Bol de bevestiging gaf dat ze echt met de besten mee kan.
"Het duurde wel eventjes voor mijn tijd van 52,37 seconden bij mij was 'ingedaald'. Ik heb eerst even tien minuten na mijn race gezeten en dacht: wat is er net gebeurd? Ik kan dit dus", vertelde Bol donderdag op sportcentrum Papendal. Meestal heb ik een plan, van dit en dit wil ik doen. En zo moet het gaan. Zelfs mijn coaches hadden dit niet verwacht. Dat is wel heel leuk, dat je iedereen kunt verbazen."
Bol hechtte veel waarde aan haar zege in Hongarije, waar ze de Amerikaanse Shamier Little en de Jamaicaanse Janieve Russell voorbleef. Ook in Stockholm eindigde Little als tweede. "Dat ik twee dagen na de wedstrijd in Zweden weer een tijd van in de 52 seconden noteerde, was belangrijk. Dat gaf aan: ik kan dit dus echt en ook meer dan één keer. Het was blijkbaar geen rare uitschieter, daar houd ik ook niet zo van. Het blijft raar om te beseffen. Mijn doel voor dit jaar was om 52,9 seconden te lopen. Maar ik had wel het idee dat ik daarvoor dan een perfecte race nodig zou hebben, waarin alles super zou gaan. Ik zit er nu al twee keer onder."
Haar recente toptijden zorgen voor een hoger verwachtingspatroon. Bol zegt dat niet zo erg te vinden. "Eerst was ik met een aantal meiden aan het strijden voor de plekken 3 tot en met 8 en mag ik opeens met de twee besten strijden. Dat vind ik wel heel leuk", aldus Bol, daarmee onder anderen doelend op Sydney McLaughlin. De Amerikaanse verbeterde eind juni het wereldrecord tot 51,90 seconden. "Daarom zie ik mezelf ook zeker niet als favoriet. Ik lees de media bewust wat minder nu. Dat doe ik eigenlijk altijd rond de toernooien, dan ga ik ook wat minder op sociale media en mijn telefoon. Dan blijft het wel een beetje weg bij jezelf."
De jonge atlete kijkt uit naar haar debuut op de Spelen en zegt geen last van spanning of stress te hebben. "Aan de ene kant is het nu wat spannender, door de tijden die ik heb gelopen. Maar aan de andere kant weet ik dat ik altijd mijn eigen ding doe. Op welk toernooi ik ook sta. Ik ga er alles aan doen om in Tokio nog beter te zijn. Op de Spelen wil ik mijn beste race neerzetten. Als ik er alles aan heb gedaan, kan ik mezelf in ieder geval niets verwijten. Ik ga er vooral ook van genieten."