Voorzitter Sebastian Coe van de internationale atletiekfederatie vindt dat sporters volgend jaar op de Olympische Spelen best een statement mogen maken, zolang dat maar gebeurt met respect voor de andere deelnemers. "Als een atleet wil knielen op het podium, dan steun ik dat", zei Coe in Tokio, waar hij een bezoek bracht aan het stadion waarin naast de opening- en sluitingsceremonie ook de atletiekwedstrijden worden gehouden.
"De sporters zijn onderdeel van de wereld en ze willen de wereld waarin ze leven weerspiegelen. Voor mij valt het prima te accepteren, zolang het gebeurt met respect voor andere deelnemers."
Coe gaat met zijn opmerkingen wel in tegen de regels van het Internationaal Olympisch Comité (IOC), waar hij onlangs lid van werd. In regel 50 van het olympisch handvest staat dat politieke en religieuze gebaren, net als raciale propaganda, niet worden getolereerd op de Spelen. Veel sporters hebben zich dit jaar op diverse manieren geuit in de strijd tegen racisme. Zo wordt vaak geknield, een protestactie die in 2016 werd geïntroduceerd door American footballer Colin Kaepernick.
Het IOC heeft de afgelopen maanden vaak benadrukt dat zulke uitingen tijdens de Spelen van Tokio niet zijn toegestaan op de sportlocaties, in het olympisch dorp, bij officiële ceremonies en bij de medaille-uitreikingen. De sporters mogen wel hun mening geven op bijvoorbeeld persconferenties. Wie zich niet houdt aan 'Rule 50' wordt gestraft.
IOC-voorzitter Thomas Bach zei eerder al dat meedoen aan de Spelen gelijk staat aan protesteren tegen racisme en discriminatie. De Nederlandse sportkoepel NOC*NSF schaart zich achter het IOC.