De Nederlandse atletiekploeg zet hoog in voor de komende Europese kampioenschappen indoor in Istanbul. Technisch directeur Vincent Kortbeek gaat onomwonden uit van zeven medailles. Dat is hetzelfde aantal als twee jaar geleden op de EK indoor in Torun (Polen), toen Nederland voor het eerst het medailleklassement won. "Ook al blijft het koffiedik kijken, we zouden niet bang moeten zijn om dat aantal van Torun te herhalen of zelfs te vergroten. De verwachtingen zijn goed", zei hij bij de teampresentatie op sportcentrum Papendal.
Met 33 atleten reist Kortbeek af naar de Turkse hoofdstad, waar de EK plaatsvindt van 2 tot en met 5 maart. "We doen denk ik op elk onderdeel mee voor een finaleplek. Nadine Visser kan voor de derde keer op rij Europees kampioene worden op de 60 meter horden, wat bijzonder is. En Femke Bol wil haar titels op de 400 meter en 4x400 meter estafette prolongeren. De meeste mannen die twee jaar terug het goud wonnen op de 4x400 meter, staan ook nu weer opgelijnd. De ploeg is van hoog niveau en daar ben ik trots op."
Kortbeek wil niet alleen de succesvolle lijn van 2021 doorzetten naar 2023, maar ook al vooruitkijken naar 2025, als het Omnisport van Apeldoorn de EK indoor huisvest. "Bij de afgelopen NK zat de sfeer er in een volle hal goed in. Als we goed presteren in Istanbul, motiveert dat voor de EK in Apeldoorn. Aan de snelheid van de baan zal het niet liggen’’, verwees hij naar het wereldrecord van Bol op de 400 meter. De Amersfoortse liep met een tijd van 49,26 seconden het 41 jaar oude record van de Tsjechische Jarmila Kratochvilova uit de boeken.