De Nederlandse equipe is de EK baanwielrennen in het Zwitserse Grenchen begonnen met machtsvertoon op het onderdeel teamsprint. De winst van de mannen was verwacht. Roy van den Berg, Harrie Lavreysen en Jeffrey Hoogland waren al regerend olympisch en wereldkampioen en hebben nu ook de Europese titel terug nadat Nederland de EK van vorig jaar meed vanwege de onzekere coronasituatie.
Verrassender was het optreden van de vrouwen, die voortaan met drie de baan opkomen in plaats van twee. Starter Kyra Lamberink, Shanne Braspennincx en Hetty van der Wouw veroverden het goud door in de finale Duitsland te verslaan. Dat deden ze bovendien in een wereldrecord: 46,551. Eerder op de dag hadden ze ook al een nieuwe toptijd gerealiseerd in de kwalificaties. Hun tijd van 46,759 over drie rondes, waarbij na elke ronde een renster afhaakt, deed de oude toptijd van Rusland (46,852) uit de boeken verdwijnen. Bij die race reed Steffie van der Peet in plaats van Van der Wouw.
Braspennincx werd op de Spelen van Tokio nog vierde op de teamsprint, samen met Laurine van Riessen. Later pakte ze het goud op het sprintonderdeel keirin. Braspennincx vertelde destijds dat ze zich amper hadden voorbereid op het onderdeel waarop weinig perspectief werd gezien. Dat is nu heel anders met over twee weken al de WK in het Franse Roubaix als volgende doel.
De mannen komen daar als titelverdediger in actie en toonden bij hun eerste optreden sinds de Spelen weinig verval. In de kwalificaties waren Van den Berg, Lavreysen en Sam Ligtlee al de snelsten, toen met een tijd van 43,037. Hoogland nam daarna zoals afgesproken de plaats in van Ligtlee, waarmee de olympische equipe weer in ere was hersteld. In de eerste ronde ging het vervolgens sneller: 42,116.
De finale kende een wat chaotisch verloop met een valse start voor de Fransen en een voor starter Van den Berg. Bij de derde poging hadden de Fransen opnieuw een verre van vlekkeloze start, maar de jury greep niet meer in: 42,302 tegen 44,193.
Maike van der Duin greep net naast een medaille op het onderdeel scratch. Daarbij rijden de vrouwen veertig ronden (10 km) waarna gesprint wordt om de medailles. Het goud was voor de Britse Katie Archibald. Maikel Zijlaard eindigde als twaalfde in de afvalkoers, waarbij telkens gesprint wordt en de laatste renner de baan moet verlaten. De Europese titel was voor de Rus Sergej Rostovtsev.