Bob en Slee Bond Nederland (BSBN) heeft piloot Ivo de Bruin en zijn team van de viermansbob voorgedragen voor de Olympische Spelen in Beijing. De Bruin heeft voldaan aan de internationale eisen, maar niet aan de limieten van NOC*NSF. Desondanks heeft de bond bij de sportkoepel gepleit dat de bobsleeërs een kans op de Spelen moeten krijgen, bevestigt technisch directeur Vincent Kortbeek.
De Bruin moest afgelopen zondag minimaal een achtste plek halen met de viermansbob bij de wereldbekerwedstrijd in Sankt Moritz om zich op eigen kracht te plaatsen voor de Spelen van Beijing. De viermansbob eindigde echter als zeventiende. Twee keer de elfde plaats en een keer twaalfde waren de beste uitslagen, waar een top 8-notering gevraagd was.
Omdat de bobsleeërs hebben voldaan aan de internationale eisen, kunnen ze worden voorgedragen. "Het verschil met de gewenste top 8-plaats is enkele keren heel klein geweest en de bobsleeërs hebben in de afgelopen jaren niet de optimale omstandigheden gehad. Dat is een wrang gevoel voor ons", zegt de technisch directeur. Of de bobsleeërs een kans maken op toewijzing, kan Kortbeek lastig zeggen. "Er is een kans. NOC*NSF heeft niet direct nee geroepen en wilde meer toelichting. Die hebben we gegeven."
De bond heeft verschillende argumenten aangedragen waarom de bobsleeërs wel in actie zouden moeten komen. Allereerst wijst Kortbeek op de teamsamenstelling. "Het team heeft alleen de eerste wedstrijd in de sterkste opstelling kunnen starten en toen bleven ze 11 honderdsten van een seconde verwijderd van de achtste plek. Maar Janko Franjic en Stephan Huis in 't Veld zouden nu weer terug zijn."
Daarnaast heeft het team volgens Kortbeek in de afgelopen seizoenen maar op een beperkt aantal banen wedstrijden gehad. "Vanwege de coronapandemie zijn er geen wedstrijden geweest in Noord-Amerika, terwijl De Bruin daar veel meer ervaring heeft. Zij kunnen het niveau aan, maar hebben het jammer genoeg net niet voldoende laten zien."
De technisch directeur wil verschillende gevallen liever niet met elkaar vergelijken. Hij wijst echter ook op de situatie rond skeletonster Kimberley Bos die vier jaar geleden aanvankelijk op de dertiende plaats buiten de normen viel, maar door een schorsing van een Russin voor haar in de stand alsnog als twaalfde een startbewijs kreeg. Op de Spelen eindigde Bos toen als achtste en deed ze vooral ook veel ervaring op. Dit seizoen won ze twee wedstrijden en het wereldbekerklassement.
Hij verwacht dinsdag een definitieve beslissing van de sportkoepel.