De gymnastiekbond KNGU zet het topsportprogramma op een centrale plek voort. De turnsters uit de nationale selectie kunnen vijf dagen per week terecht op locatie The Cube in Nijmegen en mogen daar trainen bij hun eigen trainers.
Het betekent dat de bondscoaches Vincent Wevers en Gerben Wiersma weer terugkomen in de zaal. Ook de vier trainers die bij clubs in het land turnsters uit de nationale selectie trainen, kunnen op de centrale plek in Nijmegen hun pupillen weer gaan trainen.
Wevers en Wiersma waren eerder op non-actief gezet na de vele getuigenissen over geestelijk en fysiek misbruik in het vrouwenturnen. Wevers traint onder anderen olympisch kampioene Sanne Wevers.
Technisch directeur Mark Meijer gaf aan dat het besluit om het topsportprogramma centraal op te pakken is ingegeven door de uitdrukkelijke wens van de turnsters het eerdere besluit te heroverwegen. "Het is mijn missie om met erkenning voor wat er is gebeurd in het verleden een oplossing te vinden voor onze olympische sporters. We willen niet dat hun olympische droom in duigen valt. Zij zeiden; laat ons trainen met onze eigen trainers."
De centrale trainingen vinden plaats onder verantwoordelijkheid van de KNGU. Er zijn onafhankelijke waarnemers bij en er is intensieve mentale begeleiding beschikbaar. Verder kan een coach alsnog uit zijn functie worden gezet als het onderzoek naar individuele meldingen van misbruik door het Instituut Sportrechtspraak (ISR) daartoe aanleiding geeft.
De KNGU kondigde eerder een uitgebreid onafhankelijk onderzoek aan naar het grensoverschrijdende gedrag in de turnsport naar aanleiding van de vaak schrijnende getuigenissen van oud-turnsters, die spraken van slaan, schoppen, kleineren en pesten door coaches. Omdat de bondstrainers Wevers en Wiersma daarbij werden genoemd, werden zij op non-actief gesteld.
De bond verzocht vervolgens de vier clubs waar trainers in dienst zijn die turnsters uit de nationale selectie coachen om die trainers tijdelijk opzij te zetten. Dat zou in het belang zijn van het onderzoek, dat wordt geleid door hoogleraar sport en recht Marjan Olfers.
"De opzet van het onderzoek is iets aangepast", zei voorzitter Marieke van der Plas daarover. "Doel is het in kaart brengen van intimidatie en grensoverschrijdend gedrag door alle actoren in de sport, dus niet alleen coaches. Ook hopen we te duiden of dat gedrag is te verklaren door een cultuur in de sport. Het onderzoek start nu en in december worden de uitkomsten openbaar."