Handbalster Estavana Polman hoopt deze week tijdens de oefenstage van het Nederlands team in Noorwegen haar eerste wedstrijdminuten te maken na haar zware knieblessure. Aan het einde van de stage wordt duidelijk of ze mee kan naar het WK in Spanje, dat 1 december begint.
"Ik zie er heel erg naar uit deze week", zegt de opbouwspeelster van Oranje. "Fysiek voel ik me goed. De laatste testen zijn goed geweest en de kracht in mijn been is terug. Deze week ga ik het lichaam testen en kijken hoever ik ben. Ik kan nu al zeggen dat het absoluut geen 100 procent wordt. Het is nog helemaal niet zeker of ik wel of niet meega, daarom wordt dit een cruciale week."
Polman veroverde bijna twee jaar geleden met het Nederlands team de wereldtitel. Ze werd gekozen tot beste speelster van dat WK in Japan. Een half jaar later scheurde Polman de kruisband van haar rechterknie. Na een maandenlange revalidatie keerde ze begin van dit jaar terug bij de Nederlandse selectie, maar in mei liep ze weer een knieblessure op die een operatie vereiste. Polman miste daardoor de Spelen in Tokio.
"Ik heb de afgelopen twee weken volle bak getraind bij mijn Deense club Esbjerg, maar heb nu even niks meer te zoeken in het krachthonk. Ik moet nu het veld in om weer die impact te ervaren van het daadwerkelijk spelen in de een-tegen-een-situaties. Ik heb daar angst voor, dat zit nog in mijn hoofd, maar ik moet daardoorheen om te weten hoe mijn knie erop reageert. Sla me maar voor mijn kanis, zou ik zeggen."
Polman beseft dat meteen zestig minuten spelen een utopie is. "Al is het twee minuten of vijf minuten, je moet ergens beginnen. We gaan het dag voor dag bekijken. Ik weet nu nog niet waar ik sta, maar moet dat aan het eind van de stage wel weten. Dan is het uiteraard aan de bondscoach om te beoordelen of ze wat aan mij heeft op het WK in Spanje, maar ik moet er zelf ook een goed gevoel bij hebben. Het moet in mijn hoofd goed zitten om te kunnen handballen. Zo niet, dan ga ik niet mee."
De ploeg speelt deze week drie oefeninterlands, tegen Noorwegen, Rusland en Zuid-Korea. Na dat drieluik bepaalt bondscoach Monique Tijsterman welke achttien speelsters ze meeneemt naar Spanje. "Ik word niet meer de speelster die ik was op het vorige WK, maar ik hoop echt dat ik mee kan. Al zal dat in een andere rol zijn, meer helpend in de aanval en tactisch. Ik zal andere kwaliteiten naar boven moeten halen, maar ik geloof zeker dat ik met mijn ervaring van waarde kan zijn voor de ploeg", aldus Polman.