Eindelijk hoofdrol voor hockeydoelman Blaak

29 nov 2018, 7:39 Sport
eindelijk hoofdrol voor hockeydoelman blaak
ANP
Sinds zijn entree in de Nederlandse hockeyselectie in 2010 miste hij geen enkel groot toernooi. Een hoofdrol was voor doelman Pirmin Blaak echter slechts sporadisch weggelegd. Bij het WK in India, dat woensdag is begonnen, is hij eindelijk de vaste nummer 1 van Oranje. ,,Ik tel nu echt volledig mee'', zegt de 30-jarige keeper van Oranje-Rood met een glimlach.
Blaak moest tot en met de Olympische Spelen van Rio 2016 (vierde) vrijwel voortdurend voorrang verlenen aan Jaap Stockmann. ,,Er is niemand die zoveel oefeninterlands als ik tegen landen als Zuid-Afrika, Ierland, Engeland of Trinidad & Tobago heeft gespeeld. Ik sta nu op 66 interlands, maar dat zijn er ruim honderd meer als je de duels meerekent waarbij ik als reservekeeper op de tribune of op de bank heb gezeten.''
Na de Zomerspelen in Brazilië werkte bondscoach Max Caldas twee jaar lang met een rouleringssysteem voor zijn keepers Blaak en Sam van der Ven (HGC). Eerst om het kwart, daarna per helft en nog later per hele wedstrijd. ,,Dat viel soms niet mee'', bekent Blaak. ,,Ook als keeper wil je groeien in een wedstrijd. Een foutje in de eerste minuut kun je soms goedmaken met een wereldredding in de slotseconden. Maar dan moet je natuurlijk wel in het veld staan.''
Tot zijn grote opluchting kreeg Blaak een maand voor het WK van Caldas te horen dat hij in Bhubaneswar eerste keus is. ,,Daar heb ik heel lang naar toegeleefd en naar toegewerkt. Eerlijk gezegd, had ik er ook wel vertrouwen in. Het gaat al ruim een jaar prima bij Oranje-Rood en bij Oranje. Nu moet ik het op het WK laten zien. Natuurlijk zit er voor mij veel druk op, maar ik wil me zeker niet geforceerd gaan bewijzen. Dan ga je alleen maar verstijven in het doel. Ik wil er gewoon staan als het nodig is. Daar kan ik dan meer dan genoeg van genieten.''
Blaak is naar eigen zeggen meestal wel positief met zijn langdurige reserverol bij Oranje omgegaan. ,,Als je lekker in je vel zit, voel je je onderdeel van het team. Ben je mentaal wat minder, dan voel je jezelf erbij hangen. Mijn ploeggenoten hebben mij nooit als buitenstaander gezien of behandeld, maar zelf zie je dat soms anders. Ook voor de buitenwereld tel je als reservekeeper amper mee. Maar nu is mijn tijd gekomen. Ik heb het tot en met Tokio 2020 zelf in de hand. Wie er in het Nederlandse doel staat, mag geen vraagteken meer zijn.''