De Formule 1-coureurs Esteban Ocon en Fernando Alonso hebben hun renstal Alpine in de steek gelaten tijdens de sprintrace in Brazilië. Dat zei teambaas Otmar Szafnauer na de tumultueus verlopen race van 24 rondes over het Interlagos-circuit in São Paulo. Ocon en Alonso raakten elkaar met hun auto's twee keer in de openingsfase van de race, omdat ze elkaar geen ruimte wilden geven.
"Beide coureurs hebben het team vandaag in de steek gelaten", zei Szafnauer. "We bevinden ons in een heel spannend gevecht om de vierde plaats in het WK voor constructeurs. Meer dan duizend werknemers van ons team werken daar keihard voor. Esteban en Fernando moeten dit dan beter doen en incidenten op de baan vermijden."
Ocon en Alonso hadden zich respectievelijk als zesde en zevende gekwalificeerd voor de sprintrace. Het perspectief op punten was dus groot voor Alpine, dat met McLaren strijdt om de vierde plaats in het WK voor constructeurs. Het ging echter helemaal mis omdat beide auto's in de openingsfase beschadigd raakten toen Ocon en Alonso tegen elkaar aan reden. De Fransman had schade aan de vloer van zijn auto, Alonso moest in de pits een nieuwe voorvleugel halen.
''
De tweevoudig wereldkampioen, die Ocon de schuld gaf van de botsingen, kreeg na de race nog eens een tijdstraf van 5 seconden. Ocon en Alonso moeten de hoofdrace van zondag nu starten vanuit de achterhoede, vanaf de zeventiende en achttiende plaats.
Het leidde ook tot een stroom aan 'haatberichten' op sociale media. Alpine meldt in een verklaring dat tijdens de race 882 "giftige" berichten van soms racistische aard zijn binnengekomen, gericht aan de coureurs of andere leden van het team. "Daarvan waren er 162 heel giftig. Dit is onacceptabel. Op de baan was er een op zichzelf staand race-incident. Helaas blijven we daar buiten steeds haat en discriminatie zien op sociale media. Als team tolereren we dat niet. We nemen stappen tegen mensen of groepen die zulke dingen doen."