Wielerploeg Astana heeft op één dag twee renners zien afhaken in de Tour de France. Kopman Jakob Fuglsang kwam in de zestiende etappe ten val en moest direct opgeven. Zijn ploeggenoot Luis León Sánchez haalde de finish in Nîmes wel, maar hij besloot enkele uren later de ronde te verlaten vanwege rugklachten.
"Onderzoek heeft aangetoond dat mijn rug alleen met rust kan herstellen", zei de 35-jarige Spanjaard, die in het algemeen klassement de 76e plek innam. "Mijn doel was om Jakob nog twee dagen te helpen. Maar aangezien hij vandaag is uitgevallen, heeft het voor mij ook geen zin om door te gaan. Helaas eindigt het zo."
Fuglsang begon als nummer negen van het klassement aan de slotweek van de Tour. De Deen had 5 minuten en 27 seconden achterstand op geletruidrager Julian Alaphilippe. "Voor me ging iemand onderuit en ik kon hem niet meer ontwijken", aldus Fuglsang, die voorafgaand aan de Tour tot de kanshebbers voor de eindzege werd gerekend. De 34-jarige Deen won dit jaar onder meer Luik-Bastenaken-Luik en het Critérium du Dauphiné. "Mijn hand zwol direct op en ik kon amper op mijn voeten staan. Ik wist gelijk dat mijn Tour voorbij was."
Uit medisch onderzoek kwamen geen botbreuken aan het licht. Fuglsang heeft wel zware kneuzingen op zijn armen en knieën.