Patrick Roest heeft bij de wereldbekerfinale in Salt Lake City de 5000 meter op zijn naam geschreven. De 23-jarige schaatser van Team Jumbo-Visma finishte in de tweede rit in een tijd van 6.03,70. Daarmee bleef hij net boven het Nederlands record van Sven Kramer, die in november 2007 in Calgary op 6.03,32 uitkwam.
Roest prolongeerde vorige week in Calgary zijn wereldtitel allround. Hij reed toen op de 5000 meter een persoonlijk record van 6.08,27. Op de snelste ijsbaan van de wereld haalde Roest nog eens bijna 5 seconden af van zijn persoonlijke toptijd. Hij reed na wereldrecordhouder Ted-Jan Bloemen (6.01,86 in 2017) en Kramer de derde tijd ooit op de 5000 meter.
Ook Marcel Bosker schaatste zaterdag een dik persoonlijk record (6.08,90), goed voor de tweede tijd.
In het eindklassement van de wereldbeker, waarin de 5000 en 10.000 meter worden gecombineerd, eindigde Alexander Roemjantsev bovenaan. De Rus reed de vierde tijd (6.10,78). Bosker klom naar de tweede plaats in de eindstand.
De eerste twaalf van het gecombineerde wereldbekerklassement kregen voor de finale op de Utah Olympic Oval een startbewijs. Erkende stayers als Sven Kramer, drievoudig olympisch kampioen op de 5000 meter, en Jorrit Bergsma, regerend wereldkampioen op de 10.000 meter, ontbreken in Salt Lake City. Zij reden om uiteenlopende redenen lang niet alle wereldbekerraces dit seizoen en belandden daardoor buiten de top twaalf.
Voor de winnaars van de individuele wereldbekerklassementen ligt een premie klaar van 15.000 dollar (circa 13.500 euro). De ritwinnaars verdienen in Salt Lake City een bedrag van 5000 dollar.