De Nederlandse handbalsters hebben zich bijzonder moeizaam geplaatst voor de kwartfinales van het wereldkampioenschap in Duitsland. De vrouwenploeg van bondscoach Helle Thomsen ontdeed zich maandagavond in Magdeburg pas na een verlenging van Japan in de achtste finales. Oranje won uiteindelijk met 26-24.
Het duel ging de hele wedstrijd gelijk op, waarbij Nederland de meeste kansen kreeg, maar veel missers noteerde. Na de reguliere zestig minuten stond er 20-20 op het scorebord. Bij de rust was de stand ook al gelijk (10-10).
De tegenstander in de kwartfinale is Tsjechië, dat Roemenië uitschakelde (28-27). Nederland verraste twee jaar geleden op het WK in Denemarken met de zilveren medaille.
Nederland begon aarzelend aan de wedstrijd, het spel was niet van het hoge niveau dat de ploeg liet zien in de laatste groepswedstrijd tegen Duitsland. Ondanks wat missers nam Oranje wel de controle, maar van een soepele aanvalsmachine was geen sprake. Te vaak gingen schoten naast of over, terwijl Japan goed varieerde en razendsnel de dekking op orde had.
Het leidde ertoe dat een krappe voorsprong (9-7) in de slotfase van de eerste helft verdampte en de teams de rust haalden met een gelijke stand: 10-10.
In de tweede bleef Nederland zoeken naar het juiste ritme. Weer bleven veel kansen onbenut, terwijl Japan stug doorging en van geen wijken wist, met name keepster Sakura Kametani hield veel ballen tegen. Na drie kwartier was de stand nog steeds in evenwicht: 15-15.
Oranje leek toen eindelijk de remmen los te gooien en nam via treffers van Estavana Polman en Angela Malestein afstand, maar weer vocht de Aziatische ploeg zich terug: 20-20. Dat bleek ook de stand na zestig minuten, want een goal van Nycke Groot in de slotseconden werd afgekeurd.
In de extra tijd moest het op wilskracht gebeuren. De goals van de hoekspeelsters Malestein en Martine Smeets gaven de doorslag.