De Nederlandse handbalsters hebben ook hun tweede groepswedstrijd op het Europees kampioenschap gewonnen. De ploeg van bondscoach Per Johansson was in Skopje veel te sterk voor gastland Noord-Macedonië: 30-15. Bij rust leidde Oranje met 17-9. Met 4 punten uit twee wedstrijden is Nederland al zeker van een plek in de hoofdronde. Inger Smits was topschutter met zeven treffers.
Het Nederlandse vrouwenteam won zaterdag de eerste wedstrijd tegen Roemenië nipt met 29-28.
Nederland eindigde twee jaar geleden op een teleurstellende zesde plaats op het EK. Het jaar daarvoor was de ploeg nog wereldkampioen geworden. In 2018 veroverde Oranje brons op het EK en in 2016 werden de handbalsters tweede op het toernooi. Oranje speelt woensdag zijn derde en laatste wedstrijd in de groepsfase tegen olympisch kampioen Frankrijk.
Smits nam tegen Noord-Macedonië de ploeg bij de hand. Ze scoorde al haar zeven doelpunten in de eerste 30 minuten en droeg daarmee aanzienlijk bij aan de score van Oranje. Na 7 minuten stond Nederland al met 6-1 voor dankzij snel en effectief aanvalsspel. De thuisploeg deed sporadisch wat terug. Keepster Yara ten Holte zorgde na een redding vaak voor de snelle uitbraak en met een geruststellend gat van 8 doelpunten verschil ging Oranje de rust in.
In de tweede helft ging het aanvankelijk wat moeizamer in de aanval, maar het Nederlandse team hervond na een minuut of 10 het ritme uit de eerste helft en bouwde geleidelijk aan de voorsprong verder uit. Dat was mede te danken aan de routiniers Laura van der Heijden en Debbie Bont, die met respectievelijk vier en zes goals trefzeker waren. Vedette Estavana Polman liet af en toe een glimp zien van haar oude vorm en wierp een paar ballen strak tegen het net. De talentvolle Kim Molenaar mocht haar EK-debuut maken. Bondscoach Johansson kon in het laatste deel van de wedstrijd, toen de tegenstander al was uitgeblust, flink wisselen en alle speelsters wat minuten laten maken.