De hitte zal de Nederlandse olympiërs op de Spelen van Tokio in 2020 niet belemmeren bij hun prestaties. "Ik denk dat wij voorop lopen in de wereld als het gaat om sporters te laten acclimatiseren in de hitte’’, zegt chef de mission Pieter van den Hoogenband. "We laten niets aan het toeval over; ik ben er gerust op dat we ons huiswerk goed hebben gedaan", zei hij in Kinderdijk, waar hij zes bedrijven verwelkomde als nieuwe sponsors van TeamNL.
De verwachte warmte over een jaar in Tokio, met mogelijk temperaturen die de 40 graden aantikken, is al heel lang een thema bij sportkoepel NOC*NSF. "We zijn er al jarenlang mee bezig. Landen die er nu pas achter komen dat het in augustus heel heet kan zijn in Tokio, zijn te laat. Ik ben er oprecht trots op dat wij onze zaken goed voor elkaar hebben."
Het gaat vooral om maatwerk leveren voor iedere sporter, zegt de voormalig olympisch zwemkampioen. "De sporters weten dat het warm wordt en denken na over over hun ideale voorbereiding in die omstandigheden. Wij kunnen dat met onze professionele structuur zo invullen, dat zij over een jaar in Tokio in staat zijn hun ultieme topprestatie te leveren.’’
VDH is net terug van een uitgebreide verkenning van het warme Tokio, waar over een jaar het sportspektakel begint. Hij is onder de indruk van wat hij heeft gezien. "Het klopt dat bijna alles al af is. De organisatie heeft de zaken heel goed voor elkaar. Ik heb rondleidingen gekregen, accommodaties gezien, kennis uitgewisseld en heel veel informatie opgehaald. Het atletendorp ligt op een mooie locatie aan het water; het is een prachtstad. Ik kijk er enorm naar uit met de olympische ploeg aan de slag te gaan.’’
De omvang van die ploeg is nog niet bekend. "Als alle ploegen gaan, dan hebben we echt een grote groep. Maar we moeten ons niet blindstaren op omvang, het gaat erom wat we met die ploeg gaan doen. Als ik de voorspellingen mag geloven, halen we 34 medailles, maar die prognoses neem ik niet serieus. Sporters en coaches hebben natuurlijk hun verwachtingen en als je die bij elkaar optelt, gaan we heel goed scoren. Maar uiteindelijk blijft het sport en komt het aan op het moment zelf.’’
Van den Hoogenband maakt zich alleen maar zorgen over de aandacht die hij zijn sporters straks kan geven. "Het wordt een logistieke uitdaging om iedere olympiër de aandacht te geven die hij of zij verdient. De Spelen zijn best compact, maar het baanwielrennen en zeilen bijvoorbeeld liggen wel wat verder weg. Maar we komen er vast wel uit. Laat mij straks maar lekker rondracen door de stad, dan weet ik dat het goed gaat.’’