Het vrouwenhandbalteam van Borussia Dortmund is door de Europese bond EHF uit de Champions League gezet. De club had zich niet mogen terugtrekken voor de twee duels uit de achtste finales met het Franse Metz afgelopen weekeinde. De tuchtraad van de EHF heeft Dortmund twee reglementaire nederlagen van 10-0 opgelegd.
Dortmund is bijkans een Nederlandse enclave in de Bundesliga. Rinka Duijndam, Yara ten Holte, Tessa van Zijl, Inger Smits, Delaila Amega, Kelly Dulfer, Laura van der Heijden, Merel Freriks en Kelly Vollebregt staan onder contract bij de koploper van Duitsland. Alle negen speelsters zijn ook opgenomen in de voorselectie van het Nederlands team dat zich de komende periode gaat voorbereiden op de Olympische Spelen.
Bij Metz testte een speelster positief op het coronavirus, enkele dagen voor wedstrijden tegen Borussia Dortmund. De club isoleerde de speelster en testte vervolgens alle andere speelsters in de selectie. Daar kwamen alleen negatieve uitslagen uit, waardoor het team volgens de EHF de hygiëneprotocollen juist had gevolgd en gewoon kon aantreden in de Champions League.
Dortmund daarentegen durfde de reis naar Nancy, waar de wedstrijden zouden worden afgewerkt, niet aan. De club had informatie dat er nog een speelster van Metz positief zou zijn getest en wilde zijn speelsters niet blootstellen aan een mogelijk gezondheidsrisico. De tuchtraad van EHF oordeelde dat Borussia zich niet had mogen terugtrekken en naar Nancy had moeten komen. Metz is nu door naar de kwartfinales van het bekertoernooi. Dortmund kan nog wel in beroep tegen de straf.