AZ heeft kostbaar puntenverlies in de Eredivisie ternauwernood voorkomen. De Alkmaarders knokten zich in de thuiswedstrijd tegen ADO Den Haag terug van een achterstand en wonnen moeizaam met 2-1. Invaller Zakaria Aboukhlal redde AZ door in de 72e minuut gelijk te maken en in de 89e minuut via de binnenkant van de paal ook de tweede treffer voor zijn rekening te nemen.
Bij puntenverlies was AZ de aansluiting met de bovenste clubs kwijtgeraakt. Van de voorgaande drie duels speelde het elftal van trainer Pascal Jansen al twee keer gelijk, tegen FC Utrecht (2-2) en PEC Zwolle (1-1). Woensdag volgde een fraaie zege bij PSV (1-3). Jansen zei vooraf al dat die overwinning alleen waarde had als AZ ook van ADO zou winnen.
AZ speelde met hetzelfde basiselftal als tegen PSV. De Noord-Hollanders kregen voor rust enkele goede kansen, maar Albert Gudmundsson en Myron Boadu waren in het zestienmetergebied niet scherp genoeg.
Het tegen degradatie vechtende ADO hield stand en sloeg na een klein uur spelen zelf toe. Michiel Kramer bracht zijn elftal op voorsprong: 0-1. Jansen greep kort daarna in en wisselde vier spelers tegelijk. Aboukhlal, één van de nieuwkomers, maakte op aangeven van Fredrik Midtsjø in de 72e minuut gelijk. Boadu was dicht bij het winnende doelpunt, maar hij schoot de bal tegen de paal.
Aboukhlal had in de 89e minuut meer succes. Hij zag de bal via de binnenkant van de paal wel in het doel verdwijnen.
AZ staat halverwege de competitie op de vijfde plaats met 34 punten. Koploper Ajax heeft 38 punten en speelt zondag nog tegen Feyenoord.