Eliud Kipchoge en Kenenisa Bekele gaan zondag onbevangen hun koningsduel aan in de marathon van Londen. De twee snelste atleten ter wereld op de klassieke afstand van 42,195 kilometer durfden vooraf geen voorspelling te doen over hun eindtijd. Wedstrijdleider Hugh Brasher denkt dat een wereldrecord mogelijk is op de vlakke ronde om St. James's Park.
De Keniaan Kipchoge liep vorig jaar als eerste mens de marathon onder de 2 uur, maar zijn 1.59.40 in Wenen geldt niet als officieel wereldrecord. Hij heeft dat wel in handen met 2.01.39, gelopen in Berlijn in 2018. Bekele, meervoudig olympisch- en wereldkampioen op 5000 en 10.000 meter, miste vorig jaar in Berlijn het record van Kipchoge op twee seconden en liep 2.01.41.
Vanwege de coranacrisis mag alleen een selecte groep topatleten de befaamde stadsmarathon lopen. Niet op het vertrouwde parcours dwars door de Engelse hoofdstad, maar op een volledig afgezet circuit zonder publiek langs de kant; in totaal 19 keer een ronde van iets meer dan 2 kilometer. "Ik loop liever een grote lus dan veel rondjes. Het duurt voor je gevoel lang en je kunt op een gegeven moment snelheid verliezen in de bochten. Er is nooit gelopen op dit parcours, dus moeilijk te zeggen of het snel is", aldus Bekele.
Kipchoge, viervoudig winnaar in Londen, vreest het gemis van de mensen langs de kant. "Publiek dat je toejuicht speelt een grote rol in de marathon. Het is een heel andere sfeer als het zo stil is."
Bij de 40 deelnemende mannen is er één Nederlander in het veld. Frank Futselaar waagt een poging om onder de olympische limiet van 2.11.30 te lopen. Bij de 25 vrouwen is Bo Ummels de enige Nederlandse. Zij wil de olympische limiet voor de vrouwen slechten. Die staat op 2.28.30.