Lieke Klaver heeft ook in haar tweede WK-finale naast de medailles gegrepen. De 25-jarige atlete eindigde bij de mondiale titelstrijd in Boedapest als zesde op de 400 meter in een tijd van 50,33 seconden. Dat was ruim boven haar persoonlijk record van 49,81.
Vorig jaar op de WK in Eugene eindigde Klaver nog als vierde in de finale van het langste sprintnummer. De Enkhuizense boekte in maart individueel wel succes op de 400 meter bij de EK indoor in Istanbul. Toen won ze het zilver.
Marileidy Paulino uit de Dominicaanse Republiek zegevierde in Boedapest in 48,76 seconden, voor de Poolse Natalia Kaczmarek (49,57) en Sada Williams uit Barbados (49,60).
Klaver liep haar vijfde race van het toernooi. Ze was zaterdag op de openingsdag begonnen met de series van de 4x400 meter gemengde estafette en maakte daarna het drama in de finale mee. Zij kende als tweede loper een sterke beurt, maar zag tot haar afgrijzen laatste loper Femke Bol luttele meters voor de meet vallen en een medaille verspelen.
Klaver plaatste zich vervolgens met overtuigende optredens in de series en halve finales voor de eindstrijd. In de finale liep ze na 300 meter nog op de tweede plaats, maar in het laatste stuk naar de finish haalden nog vier atleten haar in. "Ik droomde van een medaille, maar wist dat het beide kanten op kon vallen. Met die droom ben ik de startblokken ingegaan", zei Klaver na de finale. "Helaas heb ik het niet zo kunnen afmaken als ik in mijn andere races deed. Daar ging ik wel heel hard."
Ze gaf aan dat ze met opzet nog harder opende dan anders. "Ik moest het zo indelen, ik wilde niet veilig starten. Ik ben er ook trots op dat ik de ballen had om zo hard in te zetten, maar ik ben ook verdrietig dat ik niet heb kunnen pieken en niet eens een persoonlijk record liep."