Een gebrek aan begrip en medewerking van de overheid heeft de marathonschaatsers een NK op natuurijs gekost. Dat concludeert oud-marathonschaatser Willem Hut na een rondje over het bevroren Veluwemeer, waar hij de frustraties van zich af reed. "De klap kwam behoorlijk hard aan. En hij wordt alleen maar harder en harder als je op het ijs staat", zegt Hut, bij schaatsbond KNSB disciplinemanager en competitieleider voor de marathons.
De 38-jarige Hut begrijpt niet waarom het kabinet donderdag na overleg met het Veiligheidsberaad besloot om geen toestemming te geven voor een Nederlands kampioenschap op natuurijs. "Ik snap dat ze zien dat het druk wordt op het natuurijs. Maar de vergelijking is scheef, dit gaat over topsport. Je kan een trapveldje bij een dorp toch ook niet vergelijken met de Johan Cruijff ArenA? We voelen ons onbegrepen. We waren in staat om zelfvoorzienend op te treden. Medische diensten, beveiliging, accreditatie, crowd control; we hadden alles zelf geregeld. We hadden ook al plekken gevonden die goed afgesloten van de buitenwereld lagen, waar zo'n beetje al een hek omheen zat. En toch kregen we geen toestemming. Een ongelooflijke klap voor onze sport."
Gezien de weersvoorspellingen was het plan om zondag een NK te houden. "Het kon op z'n vroegst én op z'n laatst komende zondag", aldus Hut. "We hebben aan alle kanten gas gegeven om het mogelijk te maken. Zo'n NK organiseren is altijd hectisch, maar er kwam nu een klein dingetje bij: corona. Dat heeft een enorme impact op onze maatschappij en op onze wedstrijd, dat begrijpen we volledig. De hoge eisen die de regering stelt, hadden wij onszelf ook gesteld. We waren er klaar voor om dit NK echt goed en 'coronaproof' te organiseren."
In afwachting van een beslissing had de KNSB de bijna 150 mannen en vrouwen uit de topdivisie en hun begeleiders al laten testen op het coronavirus. Veel teams waren in een 'bubbel' in een hotel gegaan. Hut had diverse locaties op het oog om het NK te rijden. "We werkten met een shortlist, die de afgelopen dagen wel veranderde door de weersvoorspellingen en het politieke speelveld. De ene veiligheidsregio wilde het serieus bekijken, de andere zei letterlijk: bij ons gebeurt het niet."
Het ontbreken van een topsportstatus heeft de marathonschaatsers hun hele seizoen gekost in de coronatijd. "In Nederland kijken we vooral naar de olympische sporten, dat brengt ons ook veel goeds", zegt Hut. "Marathonschaatsen is van wereldniveau in Nederland, maar dan houdt het ook op. Wat kunnen wij daar echter aan doen? Dat wil niet zeggen dat wij geen topsporters zijn. Kijk, wij zullen niet naar de Spelen gaan; nu niet en misschien wel nooit. Maar dat betekent niet dat ons niveau niet als topsport kan worden aangemerkt. Ik hoop dat al die marathonschaatsers de komende dagen wel gaan genieten op het natuurijs. Een heel kleine afdronk om die enorme kater een beetje weg te spoelen."