De topsportcompetities kunnen vanaf 17 december weer opstarten en dat kabinetsvoornemen kwam als een geschenk uit de hemel voor sportkoepel NOC*NSF. "De tijd begon te dringen. Zeker voor de teamsporten vormen de nationale competities een wezenlijk onderdeel van de voorbereidingen richting de Olympische Spelen’’, zegt technisch directeur Maurits Hendriks.
De afgelopen weken voerde de sportkoepel voortdurend overleg met het ministerie van VWS. Niet alleen over het hervatten van de topsportcompetities, maar ook over de verruiming van de mogelijkheden in de recreatiesporten. "Omdat het zo goed is om te sporten en wij denken dat beweging juist beschermt tegen besmettingen. We denken ook dat we de ruimte aan de topsport kunnen geven zonder dat daarmee de druk op de volksgezondheid wordt vergroot", licht Hendriks toe.
De spanning nam wel met de week toe. "Teamsporters zoals de hockeyers moeten wedstrijden spelen. Ze hebben wedstrijdritme nodig richting Tokio en dat krijg je pas na een behoorlijk aantal wedstrijden", aldus de technisch directeur. "Wij hebben vooral geprobeerd onze argumenten om de topsport weer op gang te brengen te onderbouwen. Wat dat betreft weten het ministerie en het RIVM heel goed wat ze aan ons hebben. Onze coronaprotocollen zitten goed in elkaar, dat zeggen ook de virologen. Wij hebben altijd oog voor de volksgezondheid.’’
Het aantal topsporters dat weer volledig mag trainen en wedstrijden spelen, is nog wel beperkt. "Naast de 1000 voetbalprofs die al langer hun competities spelen, komen daar nu 5000 topsporters bij die vanaf de 17e zonder beperkingen in de groepsomvang kunnen trainen en wedstrijden spelen. De groep die weer zo snel mogelijk begint is kleiner, want sporten als cricket, honkbal en softbal beginnen hun competities pas in de zomer."
Het coronaprotocol dat bij het betaald voetbal al wekenlang goed werkt, dient als voorbeeld voor de andere sporten, zegt Hendriks. "Het is de bedoeling dat de bonden het protocol uit het betaald voetbal gaan vertalen naar hun competities. In sommige sporten, waar gewoon minder budget is, zullen wel wat aanpassingen nodig zijn."
Het kabinet kwam dinsdag tot grote vreugde van Hendriks ook nog met een extra steunbijdrage van 5 miljoen euro voor de topsport, dankzij een aangenomen motie in de Tweede Kamer. "Met dat geld kunnen we extra kosten dekken voor de topsporters op weg naar de Olympische Spelen en Paralympische Spelen. Dit bewijst dat onze relatie met het ministerie goed is. Als wij iets vragen, dan zuigen we dat niet uit onze duim en is het serieus. Ik moet vooral Kamerlid Rudmer Heerema bedanken, want hij heeft zich sterk gemaakt voor ons en naar ik heb begrepen een stevig robbertje moeten stoeien."