Tadej Pogacar heeft de zeventiende etappe van de Tour de France gewonnen. Het was een zware Pyreneeënrit met een aankomst bergop in Peyragudes. De Sloveen, die eerder al twee ritten won, was in de sprint net iets sneller dan geletruidrager Jonas Vingegaard. De Deen van Jumbo-Visma behoudt in het algemeen klassement een ruime marge op de tweevoudig Tourwinnaar.
Donderdag volgt nog één bergrit. De aankomst ligt opnieuw op hoogte, in skioord Hautacam. Na een grotendeels vlakke etappe is er dan zaterdag, op de voorlaatste dag van de Tour, een individuele tijdrit over ruim 40 kilometer. Vingegaard verdedigt nu een voorsprong van 2.18 minuten op Pogacar. De Brit Geraint Thomas verloor terrein maar mag op 4.56 van de Deen hopen op een podiumplaats in Parijs.
De rit kende nu eens geen vroege ontsnapping en een compleet peloton bereikte de tussensprint waar de Belg Jasper Philipsen zijn landgenoot en groenetruidrager Wout van Aert aftroefde. Op de Col d'Aspin waren de Fransman Thibaut Pinot en de Kazach Alexei Loetsenko de eerste aanvallers. Pinot bereikte als eerste de top, op enige afstand passeerde Simon Geschke, de Duitse drager van de bergtrui, als derde.
Op de daaropvolgende Hourquette d'Ancizan, een beklimming van de tweede categorie, kwam Pinot opnieuw als eerste boven. Hij en Loetsenko hadden een voorsprong van 45 seconden op een groep met onder anderen de Fransman Romain Bardet en Dylan van Baarle. Dat gat werd nog voor de Col de Val Louron-Azet gedicht waarna vijftien koplopers aan de derde klim begonnen. Achter die koplopers volgde de groep met geletruidrager Vingegaard. Het tempo werd bepaald door de twee overgebleven helpers van Pogacar: de Deen Mikkel Bjerg en de Amerikaan Brandon McNulty. Vingegaard had alleen nog de Amerikaan Sepp Kuss in zijn buurt.
Terwijl de groep favorieten naderde, ging vooraan de Noor Andreas Leknessund in de aanval. Vingegaard raakte 3 kilometer onder de top met Kuss zijn laatste helper kwijt. Pogacar kon nog rekenen op McNulty, die met alleen nog de Deen en de Sloveen in zijn wiel Leknessund passeerde. Kort onder de top deed Pogacar een eerste en naar later bleek enige poging om weg te rijden.
Het drietal reed, aangevoerd door McNulty, de slotklim op. Een versnelling bewaarde Pogacar voor de laatste 300 meter. Het was genoeg voor de ritwinst en, dankzij de bonificatieseconden, een verkleining van de marge met Vingegaard van vier seconden.