De Nederlandse roeiploeg op de Olympische Spelen wordt vanwege de drie coronagevallen voorlopig helemaal afgezonderd van de deelnemers uit andere landen en van de vrijwilligers in Tokio. Zo kan de ploeg bij de olympische roeibaan niet langer gebruikmaken van de eetzaal en de algemene warming-upruimte. "We hebben van de internationale federatie het verzoek gekregen of wij eraan willen meewerken om het voor de vrijwilligers, de organisatie en met name de andere landen zo veilig mogelijk te maken", zegt technisch directeur Hessel Evertse. "Dat doen we natuurlijk."
Eerst testte een staflid van de roeiploeg positief op het coronavirus, vervolgens ook skiffeur Finn Florijn en hoofdcoach Josy Verdonkschot van de vrouwenboten. "Wij doen er zelf al alles aan om niet besmet te raken en ervoor te zorgen dat we zo min mogelijk risico vormen voor anderen", aldus Evertse. Nadat Verdonkschot als derde lid van de roeiploeg positief had getest, kwam het verzoek van de mondiale federatie om zoveel mogelijk in afzondering te gaan.
Omdat de roeiers de gemeenschappelijke ruimtes bij de roeibaan niet meer kunnen gebruiken, moeten ze zich nu voor wedstrijden voorbereiden in een tentje van 4 bij 4 meter, met ruimte voor slechts enkele fietsen en ergometers. Tussen de middag eten ze in een aparte ruimte of ze gaan terug naar het olympisch dorp.
De roeiers kunnen ook geen gebruik meer maken van het busvervoer vanuit het olympisch dorp naar de roeibaan. Ze worden nu in taxi's en kleine busjes vervoerd. "Dat zijn geaccrediteerde taxi's, met chauffeurs die ook dagelijks een coronatest doen. Die taxi's moet je eigenlijk 48 uur van tevoren reserveren, dat is lastig te organiseren gezien de steeds veranderende situatie", aldus Evertse. "We zijn het al 1,5 jaar gewend om in kleine groepen te werken, mini-bubbels. Iedere groep heeft een eigen programma, een eigen dagindeling. Er vallen in de begeleiding nu mensen tussenuit, wat betekent dat wij met minder mensen meer werk moeten doen. Maar we zijn flexibel, we kunnen dat aan."
Goed eten, goed slapen en goed roeien, dat zijn volgens Evertse de drie kernpunten voor zijn ploeg. "Dat komt door dit alles wel in het gedrang. Maar als het niet kan zoals het moet, dan moet het maar zoals het kan. Er is een hoop onzekerheid, we moeten veel schakelen, maar de sporters bewaren rust en focus. En onze mensen werken snoeihard om dat voor die sporters mogelijk te maken."